You are on page 1of 15

-1-

Inhoudsopgave 2

Inleiding 3

Hoofdstuk 1: Wat is een wolf? 4

Hoofdstuk 2: De geschiedenis van de wolf. 5

Hoofdstuk 3: De verschillende soorten wolven. 6

Hoofdstuk 4: De wolventroep. 8

Hoofdstuk 5: De jonge wolven. 9

Hoofdstuk 6: De jacht 11

Nawoord 13

Lijst van moeilijke woorden 14

Bronvermelding 15

-2-
Ik houd mijn werkstuk over wolven omdat ik er nog niks over
wist en ik wilde er graag meer van weten. In de dierentuin heb
ik ze ook al heel vaak gezien, daarom lijkt het me leuk om het
over wolven te houden. In Blijdorp lopen de wolven vaak heen
en weer op dezelfde plek. Ik ben benieuwd of ze dat in de
natuur ook doen.

-3-
De wolf is het grootste lid van de hondenfamilie. De wolf is een
zoogdier. Hij lijkt veel op een hond. Hij eet veel vlees. Dieren
die vlees eten noem je carnivoren. De wolf leeft op
verschillende plekken op de wereld. In Noord-Amerika bij
voorbeeld. Daar zijn vierentwintig verschillende soorten wolven
gezien! Verschillende soorten hiervan zijn al uitgestorven. De
wolf lijkt heel veel op de normale hond. Eigenlijk is het ook en
hond, maar de wolf is groter. Wolven hebben ook een langere
snuit, langere poten en krachtigere kaken. Een wolf kan twee
keer zo hard bijten dan de sterkste hond. De vacht van een
wolf is heel dik. De haren van de vacht van een wolf kunnen
twaalf centimeter lang worden! Dat komt omdat de meeste
wolven leven in koude gebieden.

-4-
Z’n 37 miljoen jaar geleden waren er al wolven. Dat was de
Hesperocyon. Hij was waarschijnlijk net zo groot als de kat.
Daarna kwam de Eucyon. Die leefde 8 miljoen jaar geleden.
Ze leefde in Noord-Amerika.
Dat was de voorouder van alle wolven.
Later kwam de oerwolf, die leefde 10.000 jaar geleden. Die lijkt
het meeste op de wolf die wij nu kennen. De tanden van de
oerwolven waren zo sterk, ze konden de botten van een
mammoet breken!
De oerwolven trokken door Noord-Amerika, maar de meeste
wolven zijn in teerputten gevallen. Daar vonden
wetenschappers duizenden botten. Daardoor weten ze dat de
wolf er vroeger hetzelfde uitzag als nu.

Hesperocyon Eucyon Oerwolf

-5-
Wolven in Noord-Amerika.
Er zijn heel veel verschillende soorten wolven. De bekendste
wolf is de grijze wolf. Dat is de
wolf die iedereen kent.
Deze wolf leeft behalve in Noord-
Amerika ook in Azië en Europa. Hij
kan 16 tot 60 kilogram wegen. De
lengte van deze wolf kan 100 tot
150 centimeter lang zijn.

Hier ligt North Carolina

Dan heb je ook nog de Rode wolf. Hij


kan een gewicht hebben van 18 tot 41
kilogram. Deze wolf kan 95 tot 120
centimeter lang worden. Hij leefde
vroeger in het hele zuidoosten van de
Verenigde Staten. In het wild is hij nu bijna helemaal
uitgestorven, ze leven alleen nog maar in afgelegen gebieden.
Nu zijn er nog maar 80 wolven over in een klein gebied in North
Carolina.

De wolven in Zuid-Amerika.

-6-
In Zuid-Amerika leeft bijvoorbeeld de Manenwolf. Deze wolf
weegt ongeveer 22 kilogram. Hij kan 124 tot 132 centimeter
lang worden.

Dit is de Manenwolf.
Je kunt goed zien waarom hij de Manenwolf heet.

Wolven in Azië
In Azië vind je de goudjakhals. Deze wolf lijkt veel op de grijze
wolf. Maar,deze wolf is een stuk kleiner. Hij kan van 7 tot 15
kilogram wegen. Hij kan 60 tot 106 centimeter lang worden.

De Dhole is een wolvensoort die ook leeft in Azië. Deze wolf lijkt
veel op de Rode vos. Hij weegt van 10 tot 20 kilogram en heeft
een lengte van 90 centimeter.

Toendrawolven
De toendrawolf leeft in het hoge noorden, daar waar veel
sneeuw ligt. De dikke vacht van
deze wolven zorgt dat ze het niet
koud krijgen. In bepaalde tijden
van het jaar verliezen ze hun vacht.
Voor de zomer komt een dunne
vacht en voor de winter een dikke
vacht. De kleur van de vacht
verandert ook door de seizoenen.
In de zomer hebben de toendrawolven een zwarte vacht en in
de winter een heel witte vacht. Ze hebben die vacht omdat ze
dan niet opvallen in de sneeuw.

-7-
Samenstelling van de wolventroep
Een troep bestaat uit het alfapaar. Dat zijn de baas en de bazin
van de troep. Het Bètamannetje is de wolf die de leiding neemt
als er iets gebeurt met het alfamannetje. Dan heb je ook nog
de andere leden: de jongere en volwassen mannetjes en
vrouwtjes. Dan komt de omegawolf, een wolf die minder
belangrijk is dan de rest. Die mag ook pas als laatst van een
gevangen prooi eten.

Het alfapaartje
Het alfamannetje kan je ook makkelijk herkennen want hij
heeft zijn staart altijd omhoog. Verder moeten de lager
geplaatste wolven aan de kant voor hem. Als het paartijd is
neemt het alfavrouwtje de leiding over de troep. Alleen het alfa
vrouwtje mag paren. Zij mag ook zelf kiezen met wie ze paart.
Een troep kan bestaan uit zes wolven, maar het kunnen er ook
wel eens vierentwintig zijn. Het alfapaar mag alles als eerst
doen: eerst eten, het eerst aanvallen en als enige paren.

-8-
Het paren.
Wolven paren maar één keer per jaar. In zuidelijke landen
paren ze rond februari. Dan worden de jongen in april of mei
geboren. In het noorden
paren ze een maand later.
Dan worden de jongen
begin lente geboren.
Ongeveer zes weken na het
paren maakt het zwangere
vrouwtje het hol klaar voor
de bevalling. Soms neemt
een vrouwtje een oud hol
van een vos of stekelvarken
en maakt dat wat groter.
Soms gaan ze ook nog een
grot in of gaan ze in hoog
gras liggen.
Als de jongen geboren worden, verzamelen de wolven zich
buiten het hol en huilen van opwinding. Meestal zijn het vijf of
zes welpen tegelijk. Bij een grote worp zijn het soms wel tien
welpen. Pasgeboren jongen wegen ongeveer 450g en ze zijn
blind. Pas na drie weken kunnen ze staan. Als ze geboren
worden kunnen ze net als een mens nog niet staan. De jonge
wolven drinken melk bij hun moeder. Heel langzaam worden ze
sterk en gaan ze meer bewegen.

Het opgroeien.
De eerste week drinken de jongen alleen maar melk bij hun
moeder. Jonge wolven worden nooit door hun moeder alleen
gelaten. De moeder kan dan ook niet mee met de jacht. De

-9-
wolven die wel met jacht meegaan, brengen voorgekauwd
voedsel mee en geven dat aan de kleintjes. Al snel gaan de
wolfjes dit eten. Na drie of vier weken gaan de jonge wolfjes
voor het eerst naar buiten. Als de kleine wolfjes naar buiten
komen, komen de oudere wolven kijken bij de kleine wolfjes.
Dan kwispelen de wolven hard en likken ze de wolfjes om de
nieuwe leden van de troep te begroeten. Als de volwassen
wolven terugkomen van de jacht staan de welpen al klaar om
voedsel te krijgen van de wolven. De jongen leren jagen door
voorwerpen als veren en bloem te bespringen. Later beginnen
ze levende dieren te vangen bijvoorbeeld: insecten en muizen.
De jonge wolven spelen ook veel met elkaar. Dan doen ze
speelse gevechtjes om te leren vechten. Die dingen moeten ze
leren om als volwassene te gebruiken bij het jagen.

- 10 -
De jacht.
Wolven zijn slimme jagers. Wolven zorgen vaak dat het een
oneerlijk gevecht is. Ze gaan altijd met meer wolven dan de
kudde die ze aanvallen maar vooral vallen ze zwakke of jonge
dieren aan. Wolven hebben dan ook veel vechtstrategieën.
Bedreigen: steeds dichterbij komen om de prooi nerveus te
maken. Testen: Aanvallen om te zien hoe de prooi daarop
reageert. Dan letten ze op langzame dieren of op dieren die
niet

goed kunnen lopen. Uiteendrijven: dan blijven de wolven


rennen om paniek te zaaien en om dan de zwakke dieren van
de kudde te scheiden. Treiteren: de prooi bang maken en in
verwarring brengen. Dit doen ze door de prooi te achtervolgen,
te bijten en te omsingelen. Struikelen: wachten tot de prooi
struikelt of wankelt. Dan vallen ze als troep aan. Deze
strategieën werken niet vaak. Maar wolven geven niet snel op.
Ze blijven doorgaan totdat ze hun prooi hebben. Ze blijven uren
lang in beweging om niet stijf te worden.

Eten zoeken in de stad

- 11 -
Wolven die in de stad eten zoeken zijn meestal wolven die van
hun troep verstoten zijn en geen andere troep konden vinden.
Ze zoeken dan vaak eten bij de mensen in de afvalbakken. Dat
zijn vooral vossen en goudjakhalzen. Ze gaan de vroeg in de
morgen of laat in de avond kijken in afvalbakken of mensen
afval hebben weggegooid dat ze kunnen op eten. Dat zijn dan
ook de brutaalste wolven die er zijn.

- 12 -
Ik vond het heel leuk om mijn werkstuk over wolven te houden.
Maar ik weet nog steeds niet waarom om ze in de dierentuin op
dezelfde plek heen en weer lopen. Ik denk dat ze dat doen
omdat in de natuur hebben ze hèèl veel ruimte, en in de
Blijdorp hebben ze veel minder ruimte. In de natuur krijgen ze
ook minder ruimte.

- 13 -
Carnivoor: Een carnivoor is een beest dat bijna alleen maar
vlees eet.

Teerput: Een teerput is een kuil die volzit met teer. Dat is
een kleverig zwart spul.

Welp: Is een baby wolf.

Kwispelen: Kwispelen doen honden en wolven als ze blij


zijn. Dan gaan ze met hun staart heen en weer.

Strategie: Een strategie is een plan om aan te vallen.

- 14 -
1 Wolven Heidi Vijverberg (uit de serie Juniorinformatie)

2 Wolven Jen Green (uit de serie Dierenfamilies)

3 Wolven Dan Greenberg (uit de serie Dierenfamilies)

4 Wolven Christiane Gunzie (uit de serie Mijn eerste boek


en wilde over.)
honden

5 de plaatjes komen uit de boeken en van internet

- 15 -

You might also like