Professional Documents
Culture Documents
26-03-2010
Alle rechten voorbehouden. Verveelvoudiging of openbaarmaking, geheel of gedeeltelijk, is niet toegestaan dan met schriftelijke toestemming van de auteursrecht hebbende, Universiteit Leiden
Blad: 1.0.0
Blad: 1.0.0
26-03-2010
1-1 INHOUDSOPGAVE
Blad: 1.1.0
INHOUD
INHOUDSOPGAVE (1)
1-0.0 1-1.0 1-1.6 1-2.0 1-2.1 1-2.2
26-03-2010
26-03-2010 26-03-2010 26-03-2010 26-03-2010 26-03-2010
1 Inhoud
1-1 Inhoudsopgave 1-2 Inleiding Voorwoord Literatuurlijst
2 Procedures
2-1 Werkprocedures Afdeling vastgoed Processchemas Projecten -Renovatie + Nieuwbouw (1-1) Rode Revisie (1-2) Werkzaamheden TIS (1-3) Controle rapport (1-4) Ruimtebeheer (1-5) 2-2 Controlerapport Controlerapport
2-0.0 2-1.0 2-1.1 2-1.2 2-1.3 2-1.4 2-1.5 2-1.6 2-1.7 2-1.8 2-2.0 2-2.1
26-03-2010 26-03-2010 26-03-2010 26-03-2010 26-03-2010 26-03-2010 26-03-2010 26-03-2010 26-03-2010 26-03-2010 26-03-2010
3 Algemene afspraken
3-1 File managent File-management tekeningen Bestandsnaam Plattegrond tekeningen File-management blocks 3-2 Onderhoek Universiteit Leiden Onderhoek + invulling 3-3 Teken afspraken algemeen Algemene afspraken 3-4 Teken afspraken Plattegrond tekeningen De reference-file De parenttekening 3-5 Peninstellingen en lijntypen Gebruik van lijndikte 3-6 Uni-Leiden menu Installatie en gebruik van het Uni-leiden menu
3-0.0 3-1.0 3-1.1 3-1.5 3-1.6 3-1.9 3-1.10 3-1.13 3-2.0 3-2.1 3-3.0 3-3.1 3-3.5 3-4.0 3-4.1 3-4.2 3-4.3 3-4.5 3-5.0 3-5.1 3-5.4 3-6.0 3-6.1 3-6.2
26-03-2010 26-03-2010 26-03-2010 26-03-2010 26-03-2010 26-03-2010 26-03-2010 26-03-2010 26-03-2010 26-03-2010 26-03-2010 26-03-2010 26-03-2010 26-03-2010 26-03-2010 26-03-2010
Blad: 1.1.1
INHOUD
INHOUDSOPGAVE (2)
26-03-2010
4 Bouwkunde
4-1 Tekeningsoort Tekeningsoort 4-2 Lagenindeling Onderverdeling lagenindeling Lagenindeling 4-3 Blocks Verklaring blocknaam Wandopeningen, deuren Wandopeningen, diversen Wandopeningen, ramen Constructieve onderdelen Trappen en hellingen Algemeen, vervoermiddelen Algemeen, beplanting Algemeen, personen Algemeen, diversen 4-4 Bouwkundige CAD-afspraken Bouwkundige CAD-afspraken Bouwkundige Arceringen Leidingschachten Bouwkundige lagen daken Bouwkundige lagen DO fase
4-0.0 4-1.0 4-1.1 4-2.0 4-2.1 4-2.2 4-2.3 4-2.4 4-3.0 4-3.1 4-3.2 4-3.9 4-3.10 4-3.11 4-3.12 4-3.16 4-3.17 4-3.18 4-3.19 4-3.20 4-3.21 4-3.23 4-3.24 4-3.26 4-3.27 4-4.0 4-4.1 4-4.2 4-4.3 4-4.4 4-4.5
26-03-2010 26-03-2010 26-03-2010 26-03-2010 26-03-2010 26-03-2010 26-03-2010 26-03-2010 26-03-2010 26-03-2010 26-03-2010 26-03-2010 26-03-2010 26-03-2010 26-03-2010 26-03-2010 26-03-2010 26-03-2010 26-03-2010 26-03-2010 26-03-2010 26-03-2010 26-03-2010
Blad: 1.1.2
INHOUD
INHOUDSOPGAVE (3)
26-03-2010
5 Elektrotechniek
5-1 Tekeningsoort installaties Tekeningsoort 5-2 Lagenindeling installaties Onderverdeling lagenindeling Lagenindeling 5-3 Blocks installaties Verklaring blocknaam Installaties, kasten Installaties, armaturen Installaties, wandarmaturen Installaties, schakelaars Installaties, w.c.d. en aansluitpunten Installaties, noodverlichting centraal Installaties, noodverlichting decentraal Installaties, uitgangen Installaties, aarding Installaties, telefoon Installaties, zusteroproep Installaties, zwakstroom geluid c.a. Installaties, klokken Installaties, brandmelding Installaties, beveiliging Installaties, diversen Installaties, c.a. 5-4 Tekeningsoort installatie schemas Tekeningsoort 5-5 Lagenindeling installaties Lagenindeling 5-6 Blocks installatie schemas Verklaring blocknaam Kasten schemas 5-7 CAD-afspraken voor elektrotechnische installatie schemas Elektrotechniesche CAD-afspraken
5-0.0 5-1.0 5-1.1 5-2.0 5-2.1 5-2.2 5-2.3 5-2.4 5-3.0 5-3.1 5-3.2 5-3.3 5-3.4 5-3.5 5-3.6 5-3.7 5-3.8 5-3.9 5-3.10 5-3.11 5-3.12 5-3.13 5-3.14 5-3.15 5-3.16 5-3.17 5-3.18 5-3.19 5-3.20 5-4.0 5-4.1 5-5.0 5-5.1 5-6.0 5-6.1 5-6.2 5-6.12 5-7.0 5-7.1
26-03-2010 26-03-2010 26-03-2010 26-03-2010 26-03-2010 26-03-2010 26-03-2010 26-03-2010 26-03-2010 26-03-2010 26-03-2010 26-03-2010 26-03-2010 26-03-2010 26-03-2010 26-03-2010 26-03-2010 26-03-2010 26-03-2010 26-03-2010 26-03-2010 26-03-2010 26-03-2010 26-03-2010 26-03-2010 26-03-2010 26-03-2010 26-03-2010 26-03-2010 26-03-2010 26-03-2010 26-03-2010 26-03-2010 26-03-2010
Blad: 1.1.2
INHOUD
INHOUDSOPGAVE (4)
26-03-2010
6 Werktuigbouwkunde
6-1 Tekeningsoort installaties Tekeningsoort 6-2 Lagenindeling installaties Onderverdeling lagenindeling Lagenindeling 6-3 Blocks Verklaring blocknaam Installaties, appendages Installaties, tappunten Installaties, leidingen Installaties, centrale verwarming Installaties, koeling-opwekking Installaties, luchtbehandeling (apparaten) Installaties, riolering Installaties, brandbeveiliging Installaties, perslucht Installaties, meet- en regeltechniek 6-4 CAD-afspraken voor werktuigbouwkundige installaties Lijntypen
6-0.0 6-1.0 6-1.1 6-2.0 6-2.1 6-2.2 6-2.3 6-2.4 6-3.0 6-3.1 6-3.2 6-3.4 6-3.5 6-3.6 6-3.7 6-3.8 6-3.9 6-3.10 6-3.11 6-3.12 6-3.14 6-3.15 5-3.16 6-3.17 6-3.18 6-4.0 6-4.1
26-03-2010 26-03-2010 26-03-2010 26-03-2010 26-03-2010 26-03-2010 26-03-2010 26-03-2010 26-03-2010 26-03-2010 26-03-2010 26-03-2010 26-03-2010 26-03-2010 26-03-2010 26-03-2010 26-03-2010 26-03-2010 26-03-2010 26-03-2010
Blad: 1.1.3
INHOUD
INHOUDSOPGAVE (5)
26-03-2010
7-0.0 7-1.0 7-1.1 7-2.0 7-2.1 7-2.2 7-2.3 7-3.0 7-4.1 7-4.2 7-4.4 7-4.5 7-4.6 7-4.0 7-4.1
26-03-2010 26-03-2010 26-03-2010 26-03-2010 26-03-2010 26-03-2010 26-03-2010 26-03-2010 26-03-2010 26-03-2010 26-03-2010 26-03-2010 26-03-2010
8 Veiligheid
8-1 Tekeningsoort Tekeningsoort 8-2 Lagenindeling Onderverdeling lagenindeling Lagenindeling 8-3 Blocks Verklaring blocknaam Brandblusmateriaal Brandmelding Brandbestrijding Waarschuwing Verbod Redding / informatie Gebod Brandbestrijdingsborden Overige borden Algemeen 8-4 CAD-afspraken voor veiligheid Layouts ontruimingsplattegrond Regeling ruitensignalering
8-0.0 8-1.0 8-1.1 8-2.0 8-2.1 8-2.2 8-2.3 8-3.0 8-3.1 8-3.2 8-3.3 8-3.4 8-3.5 8-3.7 8-3.8 8-3.9 8-3.10 8-3.11 8-3.12 8-3.13 8-3.14 8-3.15 8-4.0 8-4.1 8-4.2
26-03-2010 26-03-2010 26-03-2010 26-03-2010 26-03-2010 26-03-2010 26-03-2010 26-03-2010 26-03-2010 26-03-2010 26-03-2010 26-03-2010 26-03-2010 26-03-2010 26-03-2010 26-03-2010 26-03-2010 26-03-2010 26-03-2010 26-03-2010 26-03-2010
Blad: 1.1.4
INHOUD
INHOUDSOPGAVE (6)
26-03-2010
9 Terrein
9-1 Tekeningsoort Tekeningsoort civiele infrastruktuur (T) Tekeningsoort leidingloop (L) Tekeningsoort diverse (D) 9-2 Lagenindeling Onderverdeling lagenindeling Lagenindeling civiele infrastruktuur (T) Lagenindeling leidingloop (L) Lagenindeling diverse (D) 9-3 Blocks Verklaring blocknaam Blocks
9-0.0 9-1.0 9-1.1 9-1.2 9-1.3 9-2.0 9-2.1 9-2.2 9-2.3 9-2.4 9-2.5 9-3.0 9-3.1 9-3.2
26-03-2010 26-03-2010 26-03-2010 26-03-2010 26-03-2010 26-03-2010 26-03-2010 26-03-2010 26-03-2010 26-03-2010 26-03-2010 26-03-2010 26-03-2010
10 Ruimtebeheer
10-1 StabiCAD / Ruimtedefinities Onderverdeling lagenindeling 10-2 Blocks Blocks
Blad: 1.1.5
INHOUD
INHOUDSOPGAVE (11)
26-03-2010
Blad: 1.1.11
26-03-2010
1-2 INLEIDING
Blad: 1.2.0
INHOUD
VOORWOORD
26-03-2010
Voor u treft u aan het "AutoCAD protocol" van de Universiteit te Leiden. In deze map zijn afspraken vastgelegd voor het gebruik van CAD t.b.v. Universiteit te Leiden voor de belanghebbende disciplines. Naast de toepassing voor intern gebruik kunnen de afspraken als leidraad dienen voor nog op te zetten projecten. Doelstelling van de afspraken is dat door de disciplines optimaal van CAD gebruik gemaakt kan worden, zowel binnen de eigen discipline als voor de afstemming tussen de disciplines onderling. Om aan deze doelstelling te kunnen voldoen is ervoor gekozen de afspraken te koppelen aan de "nl/sfb elementenmethode 1991" codering. Daarnaast is ervoor gezorgd dat de afspraken het vervaardigingproces niet vertragen of dat extra toepassingssoftware noodzakelijk is. De nadruk ligt op afspraken voor integraal gebruik van CAD voor de diverse disciplines. M.b.t. schema's en details zijn de afspraken beperkt om onnodige "regelzucht" te voorkomen. Het tekenen met de applicatie pakketten StabiCAD en Nordined is toegestaan mits voldaan wordt aan de afspraken omschreven in dit AutoCAD protocol. De afspraken betreffen regels voor het gebruik van AutoCAD en toepassing hiervan voor tekeningen t.b.v. Universiteit te Leiden. Voor gebruikte symboliek verwijzen wij naar de desbetreffende normen. Wij vertrouwen erop dat door de individuele inspanning de afspraken te hanteren een optimaal gezamenlijk resultaat zal worden behaald.
Blad: 1.2.1
INHOUD Algemene referentie NL/SfB NEN-EN-ISO 128 NEN 5455 Specifieke referentie bouwkunde NEN 3116 NEN 114 NPR 2570 NEN-EN-ISO 8560 NEN-EN-ISO 9431 Elektrotechniek NEN 11082 NEN-IEC 60027 NEN 10387 NEN-EN IEC 60417 NEN 5152 NPR 5153 NEN 5154 / IEC 60617 NEN 5155 / IEC 617 Werktuigbouwkundige installaties NEN 2322 NEN-EN 3048 NEN 3157 NEN 3214 NEN 3219 NEN 3347 NEN-EN 1861 NEN-ISO 3511 CD521 Werktuigbouwkunde mechanisch NEN-ISO 128 NEN-EN-ISO 1101 NEN-ISO 1660 NEN-ISO 5459 NEN-ISO 7083 NEN-ISO 10578 Veiligheid NEN 6088 NEN 1413 NEN 1414
LITERATUURLIJST
26-03-2010
technisch tekenen in de bouw technisch tekenen in de bouw cordinatie van gegevens op tekeningen voor gebouwen bouwkundige tekeningen, weergave van modulaire maten, lijnen en rasters bouwkundige tekeningen, inrichting van tekenbladen het opstellen van documenten voor gebruik in de elektrotechniek lettersymbolen voor de elektrotechniek symbolen voor elektriciteitsmeters voor wissel- en draaistroom pictogrammen op elektrische toestellen grafische symbolen voor elektrotechnische tekeningen elektrotechnische opschriftsymbolen schemasymbolen schemasymbolen symbolen voor warmte- en luchttechnische installaties symbolen voor pijpleidingen en toebehoren symbolen voor de meet- en regeltechniek binnenriolering in woningen en woongebouwen buitenriolering symbolen voor de meet- en regeltechniek koel- en warmtepompen symbolen voor de meet- en regeltechniek symbolen voor werktuigbouwkundige schemas algemene principes voor de weergave vorm- en plaatstoleranties het inschrijven van maten en toleranties van profiellijnen en vlakken referenties en referentiesystemen voor vorm- en plaatstoleranties symbolen voor vorm- en plaatstoleranties geometrische toleranties, toleranties van richting en plaats brandveiligheid van gebouwen symbolen voor brandveiligheid op tekeningen en schemas symbolen voor veiligheidsvoorzieningen op ontruimings- en aanvalsplattegronden
Blad: 1.2.2
26-03-2010
2 PROCEDURES
2-1 2-2 Werkprocedures Controlerapport
Blad: 2.0.0
Blad: 2.0.0
26-03-2010
2-1 WERKPROCEDURES
Blad: 2.1.0
PROCEDURES
AFDELING VASTGOED
26-03-2010
Taakgebied De afdeling Vastgoed van de Universiteit Leiden is verantwoordelijk voor het beheer van alle technische informatie van de terreinen en gebouwen de Universiteit. De afdeling Planning en financieel beheer is belast met het beheer van de tekeningen van alle bouwkundige plattegronden, elektrotechnische- en werktuigbouwkundige installaties, brandveiligheids informatie, infrastructuren en technische gebruikersmanuals. Daarnaast is de afdeling verantwoordelijk voor het (functioneel) beheer van het Facilitair Management Informatie Systeem (Planon). Alle tekeningen worden getekend conform de AutoCAD Protocol versie 3 (26 maart 2010) van de Universiteit. Alle opdrachtnemers (architecten, adviseurs, installateurs enz.) conformeren zich aan deze tekenvoorschriften door het aanvaarden van een opdracht. Historie Het beheerbestand van de Universiteit kent een historie waardoor niet alle AutoCAD bestanden voldoen aan de voorgeschreven AutoCAD Protocol. De Afdeling Planning en financieel beheer van de Universiteit heeft echter zichzelf tot doel gesteld om, projectmatig en met de weg der geleidelijkheid, uiteindelijk het beheerbestand op het gewenste niveau te krijgen.
Tekeningenbeheer / tekenaar
De heer J. Zijlmans, tel. 071-527 1203 Vragen kunt u rechtstreeks mailen aan j.h.j.zijlmans@vastgoed.leidenuniv.nl
Blad: 2.1.1
PROCEDURES
PROCESSCHEMAS
26-03-2010
Doel. Om vlekkeloos revisiebescheiden van gerealiseerde projecten over te dragen en op te nemen in het beheerbestand van AutoCAD tekeningen dienen zaken goed te worden vastgelegd. Voor dit doel zijn processchemas opgezet om duidelijkheid te verschaffen in deze procedures. Deze afspraken gelden voor alle betrokken partijen in het project, zoals architecten, ingenieursbureaus en aannemers (verder te noemen opdrachtnemers) werkzaam in de hoofddisciplines, infrastructuur, bouwkunde, elektrotechniek, werktuigbouw, inrichting en andere bij de Universiteit aanwezige disciplines. Overdracht van informatie tussen de partijen is de kritieke fase in de tijdslijn. In het schema informatiestroom CAD-tekeningen is dit algemeen weergegeven.
BEHEER
IV
BEHEER
PROJECTORGANISATIE
I II III
ARCHITECT
ENGINEERING
UITVOERING
INFORMATIESTROOM CAD-TEKENINGEN
Alleen met gezamenlijke inspanning van zowel de opdrachtnemers als de Universiteit is een optimaal, efficint en betrouwbaar beheerbestand van tekeningen te realiseren.
Opdrachtnemers: Gegevens as built afleveren conform procedures van de Universiteit. Universiteit Leiden: Controleren gegevens. Informatie implementeren in beheerbestand.
Onafhankelijk van applicatie-software en applicatie-versiebeheer (m.u.v. AutoCAD). De Universiteit bepaalt het formaat (software en versie) waarin de tekeningen aangeleverd worden. Projectmatige mutaties in beheerbestand. Duidelijke en eenduidige communicatie t.a.v. CAD procedures tussen alle partijen. Optimaal en eenduidig beheerbestand. Resultaat: Optimaal beheerbestand, met gezamelijke inspanning opdrachtnemer en de Universiteit.
Blad: 2.1.2
PROCEDURES
26-03-2010
Algemeen
Alle in projectuitvoering verstrekte en vervaardigde informatie dient vertrouwelijk te worden behandeld en
mag alleen ten behoeve van de Universiteit Leiden worden gebruikt. De verstrekte en vervaardigde informatie blijft te allen tijde eigendom van de Universiteit.
Bij projectuitvoering verzorgt de opdrachtnemer het CAD-tekenwerk voor die technische voorzieningen die
zijn opdracht betreffen. Bij aanpassing aan bestaande voorzieningen verzoekt opdrachtnemer bij de Universiteit tot beschikbaarstelling van CAD-tekeningen van de bestaande situatie. Om steeds de meest actuele gegevens als basis te gebruiken, doet de opdrachtnemer dit verzoek projectgebonden.
Tijdens de projectfase ontwerp tot en met uitvoering maken opdrachtnemers voor hun tekenwerk gebruik
in DWG-formaat, onderling kosteloos beschikbaar voor zover dat voor een goede uitvoering van de opdracht noodzakelijk is.
Het bij oplevering aan de Universiteit te verstrekken as built CAD-tekenwerk dient aan deze
gebouwtechnische beheertekeningen conform deze afsprakenmap. Deze tekeningen worden door de Universiteit aan opdrachtnemers in DWG-formaat beschikbaar gesteld. De opdrachtnemer gebruikt deze tekeningen als onderlegger voor de uitwerking van de as built situatie van de technische voorzieningen in relatie tot de opdracht.
De controle op technisch inhoudelijke zaken van de as built tekeningen wordt gedaan door de
Blad: 2.1.3
PROCEDURES
26-03-2010
1.
Het project wordt genitieerd aan de hand van een Plan van Aanpak en/of een Programma van Eisen en opgestart door een Projectleider. Tekeningen bestaande situatie (digitaal of analoog / BE-W) worden opgevraagd bij de afdeling Informatie Beheer. Deze worden verstuurd naar de adviseur (t.b.v. afstemmen Ontwerpfase) en/of worden verstuurd naar de Architect. In Planon wordt de status van de tekeningen veranderd naar Ontwerpfase. De projectleider (directie) geeft goedkeuring ja / nee op ontwerpfase, totdat de tekeningen de status Eindfase krijgen. Nadat de tekeningen van de architect de status Definitief Ontwerp hebben, dienen ze worden aangeleverd als AutoCAD tekeningen. Deze tekeningen moeten voldoen aan de minimale eisen van het AutoCAD protocol. (Hfst 4 blad 4.4.5). De tekeningen en status worden in Planon aangepast. Projectleider geeft opdracht tot het maken van een bestek en Bestekstekeningen. Tekeningen bestaande situatie (digitaal of analoog / E-W) worden opgevraagd bij de afdeling Informatie Beheer, Deze worden verstuurd naar de adviseur t.b.v. Bestekstekeningen of rechtstreeks naar de aannemer / installateur t.b.v. Werktekeningen. Adviseur maakt bestek en bestekstekeningen. De tekeningen en status worden in Planon aangepast. Aannemer / installateur maakt Werktekeningen voor uitvoering werkzaamheden. De tekeningen en status worden in Planon aangepast. Na oplevering van de werkzaamheden worden de tekeningen verwerkt tot As-Built status. De tekeningen dienen te voldoen aan het AutoCAD protocol. De aannemer / Installateur dient tevens zelf het controlerapport (Hfst 2 blad 2.2.1). in te vullen en aan te leveren. De tekeningen worden technisch inhoudelijk gecontroleerd door de adviseur. Bij goedkeuring geeft hij een akkoord bij de Projectleider en stuurt de tekeningen door naar de afdeling Informatie Beheer. Indien niet akkoord worden de tekeningen retour gezonden naar de aannemer / installateur. De digitale "Revisietekeningen" worden CAD inhoudelijk gecontroleerd door de afdeling Informatie Beheer a.d.h.v. dit AutoCAD-protocol en controlerapport (Hfst 2 blad 2.2.1). Indien niet akkoord worden te tekeningen retour gezonden naar de aannemer / installateur.
2.
3.
4.
5.
6.
7.
8.
9.
10. Indien de tekeningen worden goedgekeurd wordt dit gemeld bij de projectleider zodat deze het project kan gereed melden voor eindfacturering. De tekeningen worden verwerkt via procedure Werkzaamheden TIS (1.3).
Blad: 2.1.4
PROCEDURES
26-03-2010
1.
Bij de clustercordinators van de Vastgoedclusters Binnenstad en Leeuwenhoek wordt n set witdrukken beheerd van de bouwkundige plattegronden, de werktuigbouwkundige- en elektrotechnische installaties, incl. de elektrische verdeelschemas bij de verdeelkasten. Bij onderhoud aan de gebouwen of aan de gebouwgebonden installaties (kleine aanpassingen) dient de aannemer / installateur de revisie te verwerken (handmatig = rode revisie) op de witdrukken aanwezig op het Vastgoedcluster, of als separate kladrevisie in te dienen bij de clustercordinator. De werkzaamheden aan de installatie en de verwerkte rode revisie dienen te worden gecontroleerd door de clustercordinator. De cluster cordinator neemt periodiek contact met de afdeling Informatie Beheer om de rode revisie te laten verwerken. Derode revisie wordt opgehaald door de afdeling Informatie Beheer en doorgesproken met de clustercordinator. De afdeling Informatie Beheer controleert eerst of er nog andere werkzaamheden worden verricht via lopende projecten bij de projectleiders (procedure 1.1 Projecten). De revisie wordt verwerkt in het tekeningenbestand volgens het AutoCAD protocol. De tekeningen worden verder verwerkt via procedure Werkzaamheden TIS (1.3).
2.
3.
4.
5.
6.
7.
8.
Blad: 2.1.5
PROCEDURES
26-03-2010
1.
Nadat projecten zijn afgerond of de rode revisie is verwerkt dienen de tekeningen verder gemplementeerd te worden in het moederbestand. Indien akkoord worden de tekeningen verwerkt in het tekeningenbestand in Planon. Na implementatie tekeningen wordt gecontroleerd of er wijzigingen moeten plaatsvinden. Acties m.b.t. : - Aanpassen Planon Wijzigingsdatum. - Aanpassen PDF bouwkundig / printen 20 stuks plattegrond. - Ruimtebeheer aanpassen m Stabiplan / kostenplaats Planon. - Aanpassen veiligheidsplattegronden incl. PDF. (gebruiksvergunningen/ontruimingsplattegronden) Eventuele wijzigingen doorvoeren in overleg met de projectleiders. Gewijzigde tekeningen zoals veiligheidsplattegronden, schemas t.b.v. NEN 3140 e.d. vervangen in de gebouwen. Oude bestanden: Concept tekeningen, Werktekeningen, As-build verplaatsen naar archief. Nieuwe tekeningen in tweevoud afdrukken en deze distribueren, 1 exemplaar in de kasten Rapenburg 70,3e & 4e verdieping en 1 exemplaar bij het betreffende Vastgoedcluster. Project gereed, archiveren en afsluiten.
2.
3.
4.
5.
6.
Blad: 2.1.6
PROCEDURES
26-03-2010
1.
Controle rapport
Het controle rapport dient om de tekeningen die vervaardigd worden in de uitvoeringsfases dusdanig te stoomlijnen, zodat deze tijdens de uitvoering van een project en nadien in de beheersfase een goed en betrouwbaar informatie geven van het betreffende gebouw. De bouwkundige plattegronden dienen na het definitief ontwerp te worden aangepast zodat de diverse installateurs de tekeningen kunnen gebruiken als onderlegger voor de betreffende installaties, de minimale eisen staan omschreven in Hfst 4 blad 4.4.5 Uitvoeringsfase (werktekeningen). Na oplevering van de werkzaamheden worden de tekeningen verwerkt tot As-Built status. De tekeningen dienen te voldoen aan het AutoCAD protocol. De aannemer / installateur dient zelf het controlerapport (Hfst 2 blad 2.2.1)in te vullen en de tekeningen (witdrukken en digitaal) aan te leveren aan de Adviseur. Bij goedkeuring van de technische installatie geeft de adviseur een akkoord en stuurt de tekeningen / digitale gegevens door naar de afdeling Informatie Beheer. Indien niet akkoord worden de tekeningen retour gezonden naar de aannemer / installateur. De digitale "Revisietekeningen" worden CAD inhoudelijk gecontroleerd door de afdeling Informatie Beheer a.d.h.v. het ingeleverde controlerapport (Hfst 2 blad 2.2.1) van de aannemer / installateur. Indien niet akkoord worden te tekeningen retour gezonden naar de aannemer / installateur a.d.h.v. een afwijkingsrapportage. De tekeningen worden verder verwerkt via procedure Werkzaamheden TIS (1.3).
2.
Werktekeningen
3. 4.
AutoCAD Protocol As Built
5.
6.
7.
Afwijkings rapportage
8.
1.3 Werkzaamheden TIS
Blad: 2.1.7
PROCEDURES
RUIMTEBEHEER (1-5)
26-03-2010
1.
Ruimtebeheer
Het aanpassen van ruimteoppervlakte vind plaats indien er verbouwingen, renovaties plaats vind van bestaande gebouwen van de Universiteit, bij nieuwbouw en bij aankoop van nieuwe panden. Architect en/of de afdeling Informatie Beheer maken bouwkundige plattegronden (definitief ontwerp) volgens het AutoCAD protocol,Indien de bouwkundige tekeningen niet zijn getekend in AutoCAD, en worden geconverteerd moeten de tekeningen aan de minimale eisen voldoen van het protocol zoals omschreven in Hfst 4 blad 4.4.5. De ruimtenummers worden toegekend en/of gewijzigd door de afdeling Vastgoedontwikkeling en -beheer (VOB) zodat de ruimtenummers worden opgezet conform de procedure ruimtenummering. Nadat de ruimtenummers bekent zijn wordt met de applicatie Stabiplan de ruimtelijnen en ruimtenummers gezet in AutoCAD. Volgens het protocol hoofdstuk 8. Hierna worden de gegevens gexporteerd d.m.v. de Stabi-Planon conversie tool (xml-file) zodat ze kunnen worden ingelezen in Planon. Hierbij wordt de peildatum ingevuld van de (verwachte) opleveringsdatum vermeld. Na de oplevering worden de definitieve revisietekeningen aangeleverd volgens het AutoCAD protcol. De afdeling Informatie Beheer controleert of er nog ruimtes zijn gewijzigd. De StabiCAD lagen m.b.t. het ruimtebeheer worden overgeheveld naar de nieuwe (definitieve) tekening. En worden eventueel aangepast. De ruimtegegevens worden na de definitieve peildatum (1e dag van de maand na oplevering) automatisch in Planon gelezen voor gebruik van de module Ruimtebeheer. Planon Ruimtebeheer
2.
Toekennen Ruimtenummers
3.
Intekenen Ruimtelijnen
4.
5.
Stabi Planon Conversie (peil datum) Ja 1.3 Werkzaamheden TIS Planon
6.
Definitieve Revisie
7.
Aanpassingen Ruimtes
8.
Planon
9.
Planon Ruimtebeheer
Blad: 2.1.8
26-03-2010
2-2 CONTROLERAPPORT
Blad: 2.2.0
PROCEDURES
26-03-2010
Controlerapport AutoCAD tekeningen Universiteit Leiden Betreft: Project Projectnummer Bouwdeel / Verdieping Discipline / Onderdeel Aangeleverd door: Toeleverancier Contactpersoon : : : : : : Controle Universiteit Leiden door: Naam : Datum : Projectnr. : Paraaf :
Tel.
Controle elementen
1. Algemeen:
1.1 1.2 1.3 1.4 2.1 2.2 2.3 2.4 2.5 2.6 2.7 2.8 2.9 2.10 2.11 2.12 2.13 2.14 2.15 3.1 3.2 3.3 3.4 4.1 4.2 4.3 4.4 5.1 5.2 5.3 6.1 6.2 6.3 6.4 6.5 6.6 6.7 6.8 Goed vakmanschap Overzicht symbolen t.b.v. toevoeging in AutoCAD protocol Correcte AutoCAD release gebruikt. Applicatie pakket gebruikt Naamgeving tekening (a.h.v. AutoCAD protocol) Tekening voorzien van correcte cadnaam Kleurengebruik Nulpunt goed toegepast (schema's, plattegronden etc.) Correcte eenheden toegepast (1 eenheid = 1mm) Maatbalk geplaatst en aangepast conform de schaal v.d. tekening Schaal correct toegepast Base point van de tekening is 0,0,0 Hulplijnen/punten verwijderd Tekening correct gepositioneerd t.o.v. het formaat Afstanden maatvoering t.o.v. het object "Verdwaalde" attribute definitions verwijderd Aangrijpings punten teksten en/of attribute definitions goed gekozen Op Snap gewerkt Modellijnen niet onderbroken (b.v. bij installaties) Naamgeving Blocks (a.h.v. AutoCAD protocol) Blocks aangemaakt in laag 0 en met de juiste schaal Blocks aangemaakt met juiste kleuren, linetype en lineweight Aangrijpings punten blocks (insertion points) logisch gekozen Lagenindeling (a.h.v. AutoCAD protocol) Lagen in xrefs bevroren Path bij xref's goed toegepast (schijf-onafhankelijk) Xref's in correcte lagen geplaatst Correcte opzet m.b.t. objecten in Model en Layout Schaal correct toegepast bij viewports Schaal gelocked bij viewports (display locked) Tekening opgeslagen met Zoom Extents Global Scale Factor van lijntypen ingesteld in relatie tot schaal Overall Scale van dimensies ingesteld in relatie tot schaal Bij verlaten tekening: Laag 0 current gemaakt Color ingesteld op bylayer Linetype ingesteld op bylayer Lineweight ingesteld op bylayer Purge / Grid uit
Opmerkingen
Release: 2008 Applicatie: n.v.t.
2. Tekentechnisch, Algemeen:
3. Tekentechnisch, Blocks:
4. Tekentechnisch, lagengebruik:
Blad: 2.2.1
Blad: 2.1.10
26-03-2010
3 ALGEMENE AFSPRAKEN
3-1 3-2 3-3 3-4 3-5 3-6 File management Onderhoek Universiteit Leiden Teken afspraken algemeen Teken afspraken terrein & gebouw gerelateerde tekeningen Peninstellingen en lijntypen Het UniLeiden menu
Blad: 3.0.0
Blad: 3.0.0
26-03-2010
Blad: 3.1.0
ALGEMENE AFSPRAKEN
FILE-MANAGEMENT TEKENINGEN
26-03-2010
Opslag van AutoCAD tekeningen Alle AutoCAD files van de Universiteit Leiden worden op schijf __ van de Fileserver(s) opgeslagen.
Object codes Gebouwen Object code 01 0101 0102 0104 0105 010601 010602 02 0201 0202 0203 0204 020401 020402 020501 020502 0206 020601 020602 0207
Objectnaam (01) Rapenburg/Nonnensteeg Academiegebouw P.J. Veth Rapenburg 63 Rapenburg 59 Garage Doelengracht Bergingen Nonnensteeg (02) Hortus Botanicus Wintertuin Oranjerie/Vakwerkschuur Plantenkassen 5e Binnenvestgracht 7/7a Woning hortulana University lodge Tuinhuis Bankenloods Tuinen Hortus Botanicus Hortus Clusius tuin 5e Binnenvestgracht 8
Adres Rapenburg 73 Nonnensteeg 1 3 Rapenburg 63 Rapenburg 59 Doelengracht Nonnensteeg 8-10-12 Rapenburg 73A Rapenburg 73A Rapenburg 73A 5e Binnenvestgracht 7/7a 5e Binnenvestgracht 7a 5e Binnenvestgracht 7
Plaats Leiden Leiden Leiden Leiden Leiden Leiden Leiden Leiden Leiden Leiden Leiden Leiden
Blad: 3.1.1
ALGEMENE AFSPRAKEN
FILE-MANAGEMENT TEKENINGEN
26-03-2010
Object code 03 0301 0302 0303 0304 030501 030502 030503 030504 030505 0306 04 0401 0402 05 0501 0502 06 0601 0602 0603 07 0701 09 0901 0902 0903 0904 10 1001 100101 100102 100103 100104 100105 100106 100107 1002 1003 100301 100302 100303 100304 1004 100401 100402 1005
Objectnaam (03) Sterrewacht / Kaiserstraat van der Klaauwlaboratorium Sterrewachtlaan 1-3 Sterrewachtlaan 4 de Sterrewacht Zundermankoepel Fotografische koepel Trafo en kas Biologie Biologie - spiritusgebouw Chemicalienberging Terrein Sterrewachtcomplex (04) Plexus Plexus Regens Collegii (05) Oude UB Oude UB Kloksteeg 9 (06) Gravensteen e.o. Gravensteen Rapenburg 32 Rapenburg 38 (07) Kamerlingh Onnes Kamerlingh Onnes (09) Doelencomplex Lipsius Johan Huizinga Reuvens Arsenaal (10) Witte singel complex Van Eyckhof / Van Wijkplaats Van Wijkplaats 2 Van Wijkplaats 3 P.N. van Eyckhof 2 P.N. van Eyckhof 3 Van Wijkplaats 4 P.N. van Eyckhof 1 P.N. van Eyckhof 4 Universiteitsbibliotheek Matthias de Vrieshof Matth. De Vrieshof 2 Matth. De Vrieshof 3 Matth. De Vrieshof 1 Matth. De Vrieshof 4 Parkeergarages P-garage noord P-garage zuid Terrein Witte Singel
Adres Kaiserstraat 63 Sterrenwacht 1-3 Sterrenwacht 4 Sterrenwacht 5-9 Sterrenwacht t.o. 5 Sterrenwacht t.o. 9 Sterrenwacht 10 Sterrenwacht 9a Kaiserstraat 63
Plaats Leiden Leiden Leiden Leiden Leiden Leiden Leiden Leiden Leiden
Kaiserstraat 25 Kaiserstraat 13 Rapenburg 68-74 Kloksteeg 9 Pieterskerkhof 6 Rapenburg 32 Rapenburg 38 Steenschuur 25 Cleveringaplaats 1 Doelensteeg 16 Reuvensplaats 2-4 Arsenaalstraat 1
Leiden Leiden Leiden Leiden Leiden Leiden Leiden Leiden Leiden Leiden Leiden Leiden
Van Wijkplaats 2 Van Wijkplaats 3 P.N. van Eyckhof 2 P.N. van Eyckhof 3 Van Wijkplaats 4 P.N. van Eyckhof 1 P.N. van Eyckhof 4 Witte Singel 26+27 Matth. De Vrieshof 2 Matth. De Vrieshof 3 Matth. De Vrieshof 1 Matth. De Vrieshof 4 Maliebaan Witte Singel
Leiden Leiden Leiden Leiden Leiden Leiden Leiden Leiden Leiden Leiden Leiden Leiden Leiden Leiden
Blad: 3.1.2
ALGEMENE AFSPRAKEN
FILE-MANAGEMENT TEKENINGEN
26-03-2010
Objectnaam (20) Pieter de la Court Pieter de la Court gebouw Fietsenstallingen Trafostation 5 Terrein Pieter de la Court KDV de Kattekop
Adres Wassenaarseweg 52 Wassenaarseweg 5 Wassenaarseweg 52 Wassenaarseweg 8 Wassenaarseweg 62 Wassenaarseweg 62 Wassenaarseweg 62 Wassenaarseweg 64 Wassenaarseweg 64 Wassenaarseweg 62 Wassenaarseweg 64 Wassenaarseweg 64 Wassenaarseweg 62 Wassenaarseweg 62 Wassenaarseweg 60 Wassenaarseweg 72 Wassenaarseweg 72 Wassenaarseweg 72 Wassenaarseweg 72 Wassenaarseweg 72 Wassenaarseweg 72 Wassenaarseweg 72 Wassenaarseweg 72 Einsteinweg 2 Einsteinweg 2 Einsteinweg 2 Einsteinweg 2 Einsteinweg 2 Einsteinweg 2 Einsteinweg 2 Einsteinweg 6 Einsteinweg 6 Einsteinweg 6
Plaats Leiden Leiden Leiden Leiden Leiden Leiden Leiden Leiden Leiden Leiden Leiden Leiden Leiden Leiden Leiden Leiden Leiden Leiden Leiden Leiden Leiden Leiden Leiden Leiden Leiden Leiden Leiden Leiden Leiden Leiden Leiden Leiden Leiden
21 (21) Boerhaave 2101 Pathologie 2102 Anatomie 2103 Willem Einthoven 2104 Clusius laboratorium 2106 Opslag en trafo nabij Clusius / Hogeschool 210701 Portiersloge Wassenaarseweg 210702 Chemicaliendepot Clusius 210703 Gasflessenberging 210704 Fietsenstalling bij Clusius 210706 Trafo 10 kV bij Boerhaave 210707 Rioolgemaal Boerhaave 2108 Boerhaave Terrein 2110 Wassenaarseweg 60 22 2201 2202 2203 220301 220302 220303 220304 2204 23 2301 230101 230102 2302 2303 230301 230302 24 2401 2402 2403 240301 240302 240303 (22) Sylvius Sylvius hoofdgebouw Sylvius gebouw 3 Bijgebouwen Sylvius Opslag gasfl./oplosm. Fietsenstallingen (3) Waterscheidingsunit Sylvius Rioolgemaal Sylvius Sylvius Terrein (23) Van Steenis Van Steenis gebouw Kantoorvleugel Depotvleugel Van Steenis terrein Bijgebouwen Van Steenis Trafostation bij Van Steenis gebouw Fietsenstallingen (24) Universitair Sport Centrum Sporthal Kleedruimte sportvelden Sportvelden Tennisbanen Voetbalvelden Overig terrein
Blad: 3.1.3
ALGEMENE AFSPRAKEN
FILE-MANAGEMENT TEKENINGEN
26-03-2010
Object code 25 2501 250101 250102 2502 250201 250202 250203 2503 2504 2505 2506 2507 2508 2509 2510 251001 251002 251003 2511 26 2601 2602 260201 260202 260203 260204 2603 260301 260302 27 2701 40 4003 400301 400302 4004 4006 50 5001 5003 5014 5017
Objectnaam (25) Gorlaeus / Huygens / Oort Gorlaeus Hoogbouw Hoogbouw Beheersgang Huygenslaboratoruim Huygens hoogbouw Huygens meethal Verbindingsgang Huygens / Gorlaeus Oortgebouw Collegezalengebouw Voorkandidaatslab LMUY Practicagebouw - LCP Technisch Beheer Vastgoed Leeuwenhoek Oplosmiddelenmagazijn Plantengroeivoorzieningen Bijgebouwen Gorlaeus Leidinggangen Waterscheidingsgeb. Gorlaeus Rioolgemaal Gorlaeus Terrein Gorlaeus complex (26) Snellius Snellius Bijgebouwen Snellius Fietsenstalling Kassen biologie Berging biologie Berging pharmacie Terrein Terrein Snellius Proeftuinen biologie (27) O&O-Gebouw Geneeskunde O&O-gebouw (40) Campus Den Haag Lange Houtstraat 5-7 Lange Houtstraat 7 Lange Houtstraat 5 Lange Voorhout 44 Stichthage (50) Overige objecten Stationsplein 240 Visitors Center Groenvoorziening Poortgebouw
Adres Einsteinweg 55 Einsteinweg 55 Einsteinweg 55 Niels Bohrweg 2 Niels Bohrweg 2 Niels Bohrweg 2 Niels Bohrweg 2 Niels Bohrweg 2 Einsteinweg 55 Einsteinweg 55 Einsteinweg 55 Einsteinweg 55 Einsteinweg 55 Einsteinweg 55 Einsteinweg 55 Einsteinweg 55 Einsteinweg 55 Einsteinweg 56 Niels Bohrweg 1 Niels Bohrweg 1 Niels Bohrweg 1 Niels Bohrweg 1 Niels Bohrweg 1 Niels Bohrweg 1 Niels Bohrweg 1 Niels Bohrweg 1 Niels Bohrweg 1
Plaats Leiden Leiden Leiden Leiden Leiden Leiden Leiden Leiden Leiden Leiden Leiden Leiden Leiden Leiden Leiden Leiden Leiden Leiden Leiden Leiden Leiden Leiden Leiden Leiden Leiden Leiden Leiden
Lange Houtstraat 7 Lange Voorhout 44 Koningin Julianaplein 10 Stationsplein 240 Stationsplein 3c Endegeesterstraatweg 40 Rijnsburgerweg 10
Den Haag Den Haag Den Haag Leiden Leiden Oegstgeest Leiden
Blad: 3.1.4
ALGEMENE AFSPRAKEN
FILE-MANAGEMENT TEKENINGEN
26-03-2010
Object code 60 6001 6002 6003 6004 6005 6006 70 7001 700101 700102 700103 7002 7003
Objectnaam (60) Infrastructuur Ketelhuis / Hoogspanningsstation Hoofdgemaal Telefooncentrale Ondergrondse infra Binnenstad Overige infra Leeuwenhoek WKO (70) Gronden onbebouwd Gronden Leeuwenhoek tussen Clusius en Sylvius tussen Sylvius en Gorlaeus tussen Gorlaeus en A44 Gronden Oestgeest Gronden Leiderdorp
Adres Einsteinweg 55 Endegeesterstraatweg Sandifortdreef 1 Einsteinweg 55 Wassenaarseweg Wassenaarseweg Wassenaarseweg Niels Bohrweg Rhijnhofweg Dwarsweteringkade
Plaats Leiden Oestgeest Leiden Leiden Leiden Leiden Leiden Leiden Oestgeest Leiderdorp
Blad: 3.1.5
ALGEMENE AFSPRAKEN
26-03-2010
Opbouw bestandsbenaming
voorbeeld
AAAAAA BB CC D E FF .DWG
Bouwdeel Nivo/verdieping Verdiepingsoort Discipline Tekeningsoort Bladnummer Bestandsextensie
Bouwdeel Eerste 6 karakters van het gebouw- cq. terrein. Zie file-mangement / object codes
AAAAAA BB CC D E FF.DWG
AAAAAA BB CC D E FF.DWG
02 01 00 -1 -2
= = = = =
-9
9e onderverdieping
Blad: 3.1.6
ALGEMENE AFSPRAKEN
26-03-2010
Verdiepingsoort 1e karakter N A B C D P V = = = = = = = = Normale verdieping 1ste tussenverdieping 2de tussenverdieping 3de tussenverdieping 4de tussenverdieping Standaard Boven verlaagd Plafond Onder verhoogde Vloer
AAAAAA BB CC D E FF.DWG
2e karakter
Bij terreintekeningen worden de karakters van nivo/verdieping en verdiepingsoort niet gebruikt, hiervoor in de plaats 4x underscore plaatsen. Bij overige tekeningen (bijv.: installatie schemas) waarbij het nivo niet relevant is worden de vier karakters t.b.v. nivo/verdieping en verdiepingsoort weggelaten. AAAAAA D E FF.DWG Volgdiagram: nivo/verdieping en verdiepingsoort Voorbeeld
Blad: 3.1.7
ALGEMENE AFSPRAKEN
BESTANDSNAAM TERREIN & GEBOUW GERELATEERDE TEKENINGEN (3) AAAAAA BB CC D E FF.DWG (cordinatie tekeningen) (civiele infrastruktuur) (W + E infrastruktuur) (terreininrichtingen en/of veiligheid)
26-03-2010
Gebouwtekeningen B = Bouwkundig voorzieningen E W I V R = = = = = Elektrotechnische installaties Werktuigbouwkundige installaties Vaste en losse Inventaris Veiligheid Ruimte beheer
Combinatietekeningen (gebouw- en terreintekeningen) 0 = Totale file met alle disciplines (T, L, D of B, E, W, I, V, R) 1 meerdere disciplines in een file (combinatie van disciplines) bij toepassing documenteren in Leitzmapje. 9
Tekeningsoort 0 =
AAAAAA BB CC D E FF.DWG Alleen toepassen bij parenttekeningen gecombineerd! In dit geval krijgen de tabs voor de verschillende installatiesoorten als naam alleen de letter van de tekeningsoort. zie afspraken per discipline Tekeninglijst voor alle tekeningsoorten binnen een discipline zie afspraken per discipline
A B
Z Combinatietekeningen (gebouw- en terreintekeningen) 0 = Totale file met alle tekeningsoorten van een discipline 1 Meerdere tekeningsoorten in een file (combinatie van tekeningsoorten) bij toepassing documenteren in Leitzmapje. 9
Blad: 3.1.8
ALGEMENE AFSPRAKEN
26-03-2010
Bladnummer 01 Schemas e.d. 99 Uitvoerings- of als uitgevoerde tekening R0 Reference files R9 Voorstel tekening RA Reference files RZ PZ PA P9 P0
Parenttekeningen
Parenttekeningen
Indien een gebouw opgedeeld wordt van noord naar zuid dan is het volgnummer P1 bestemd voor het noordelijkste deel van het gebouw (figuur A). Indien een gebouw opgedeeld wordt van west naar oost dan is het volgnummer P1 bestemd voor het westelijkste deel van het gebouw (figuur B).
figuur A
figuur B
Blad: 3.1.9
ALGEMENE AFSPRAKEN
FILE-MANAGMENT BLOCKS
26-03-2010
Opslag van AutoCAD blocks Blocks die niet vanuit de applicaties Nordined of Stabiplan en de aangeleverde blocks van de Universiteit Leiden worden aangeroepen (standaard blocks), worden bij de betreffende complex in een aparte folder opgeslagen de diverse mogelijkheden worden hieronder uiteen gezet. ..\AUTOCAD\REVISIE\03\BLOCKS-A\BLKXXXXX.DWG (Algemene blocks) ..\AUTOCAD\REVISIE\03\BLOCKS-E\BLKXXXXX.DWG (Elektrotechnische blocks) ..\AUTOCAD\REVISIE\03\.BLOCKS-B\BLKXXXXX.DWG (Bouwkundige blocks) ..\AUTOCAD\REVISIE\03\BLOCKS-W\BLKXXXXX.DWG (Werktuigbouwkundige blocks) ..\AUTOCAD\REVISIE\03\BLOCKS-I\BLKXXXXX.DWG (blocks t.b.v. losse Inventaris) ..\AUTOCAD\REVISIE\03\BLOCKS-V\BLKXXXXX.DWG (blocks t.b.v. Veiligheid) ..\AUTOCAD\REVISIE\03\BLOCKS-R\BLKXXXXX.DWG (blocks t.b.v. Ruimte beheer) Achter het desbetreffende complex worden meerdere folders gebruikt voor alle blocks. Er is gekozen voor een opsplitsing, om de blocks beter te kunnen beheren en documenteren. De folders BLOCKS-E, -B en -W bevatten Elektrotechnische, Bouwkundige en Werktuigbouwkundige blocks die voor dit project wordt gebruikt. BLOCKS-A kan alle Algemene blocks bevatten zoals formaten, onderhoek en logo.
Opmerking Indien voor het bovenstaande een andere procedure gebruikt wordt, dient dit te gebeuren in overleg met de projectleider van de Universiteit Leiden, tevens moet dit duidelijk als afwijkende procedure gedocumenteerd worden voor de betreffende complex.
Blad: 3.1.10
ALGEMENE AFSPRAKEN
26-03-2010
Algemeen Als regel geldt dat blocknamen met de letters STD, BLK, of WEG beginnen, dit om een duidelijk verschil te zien (in filenaam) tussen tekeningen en blocks. Achter de letters volgt een codering om duidelijker de inhoud of de functie van het block in de filenaam weer te geven. Type block Een project kan blocks bevatten die vanuit het menu aan te roepen zijn (menu-blocks) en blocks die specifiek voor een klant gemaakt zijn (user defined blocks). Menu-blocks beginnen met de letters STD, user defined blocks met de letters BLK. Voor de resterende 5 karakters v.d. benaming is een block op dezelfde manier opgebouwd. Als regel geldt dat tijdelijke blocks, die als Wblock weggeschreven worden en na insertion in een andere tekening van schijf verwijderd kunnen worden, beginnen met de letters WEG gevolgd door de initialen van de tekenaar en een volgnummer. De naam van een block kan als volgt opgebouwd zijn: Menu block User defined block Tijdelijk block
STD B G 001.DWG
VOLGNUMMER ONDERDEEL DISCIPLINE TYPE
BLK B G 001.DWG
VOLGNUMMER ONDERDEEL DISCIPLINE TYPE
WEG UE 001.DWG
VOLGNR. INITIALEN TYPE
Opmerking Indien blocks aangemaakt worden volgens een NEN/IEC norm, dan is het toegestaan om deze codering over te nemen in de bestandsbenaming van het block. Discipline De indeling voor de diverse disciplines t.b.v. block benamingen is als volgt: A B C D E F G H I J K L M = = = = = = = = = = = = = Algemeen Bouwkunde Elektrotechnische installaties Europa (HOLEC) laagsp. verdeelsysteem Vaste voorzieningen, losse inventaris Elektronica N O P Q R S T U V W X Y Z = = = = = = = = = = = = =
IEC 60617 reeks, elektrotechn. schema's Topografie Elektrotechnische installaties Amerika Veiligheid / brandpreventie Werktuigbouwkundige installaties Werktuigbouwkunde mechanisch
Blad: 3.1.11
ALGEMENE AFSPRAKEN
26-03-2010
De indeling voor de diverse discipline onderdelen t.b.v. block benamingen ziet er als volgt uit: Discipline A - algemeen A = Algemeen / diverse F = Formaten Discipline B - bouwkunde A = Algemeen / diverse C = Constructieve onderdelen D = Daken F = Funderingen G = Galerijen K = Kozijnen, deuren en ramen
L O
= =
Logo Onderhoek
M R T V W
= = = = =
Discipline E - elektrotechnische installaties Europa A = Algemeen / diverse M = B = Brandmeld N = C = Communicatie P = D = Data T = E = Licht V = G = Geluid W = H = Hoofd- en aardleidingen X = I = Intercom Y = J = Hoogspanning Z = K = Kracht L = Kabelwegen Discipline I - vaste voorzieningen, losse inventaris A = Algemeen / diverse B = Meubilair C = Toestellen S = Sanitair Discipline L - elektronica A = Algemeen / diverse
G R V W
= = = =
Blad: 3.1.12
ALGEMENE AFSPRAKEN
26-03-2010
Discipline S - IEC 60617 reeks, elektrotechnische schemas A = Algemeen / diverse B = Bedieningsorganen C = Kontakten K = Kasten schemas L = Klemmen R = Relais S = Signaalapparatuur Discipline T - topografie A = Algemeen / diverse Discipline U - elektrotechnische installaties Amerika A = Algemeen / diverse M = B = Brandmeld N = C = Communicatie P = D = Data T = E = Licht V = G = Geluid W = H = Hoofd- en aardleidingen X = I = Intercom Y = J = Hoogspanning Z = K = Kracht L = Kabelwegen Discipline W - werktuigbouwkundige installaties A = Algemeen / diverse L B = Brandblus M C = Centrale verwarming P D = Water R E = Brandstof T G = Gassen V K = Koelwater Z Discipline X - werktuigbouwkunde mechanisch A = Algemeen / diverse
= = = = = = =
Koeling Meet-& regeltechniek Perslucht / pneumatiek Riolering Transport Mechanische ventilatie Luchtbehandeling
Blad: 3.1.13
26-03-2010
Blad: 3.2.0
ALGEMENE AFSPRAKEN
26-03-2010
B A
11-01-2005 20-11-2003
CL CL GETEKEND
RB RB GEZIEN
NR. GEWIJZIGD
OBJECT 2001
Getekend Datum Schaal Formaat Bladnr. Aantal bl. CAD applicatie Tekening nr. CL 15-09-2003 1:100 A0 1 1 Nordined
20010000N-E0P0
001 001
002 002
NR. GEWIJZIGD
OBJECT 006
Getekend Datum Schaal Formaat Bladnr. Aantal bl. CAD applicatie Tekening nr. 007 008 009 010 011 012 013
014
Invulling attributes onderhoek (A): Invullen att. Zie 001 = Objectnaam File-management 002 = Adres Blz 3.1.1 t/m 3.1.5 003 = Verdieping 004 = Tekeningsoort (1) 005 = Tekeningsoort (2) 006 = Objectcode 007 = Getekend 008 = Datum 009 = Schaal 010 = Formaat 011 = Bladnummer 012 = Aantal bladen 013 = Applicatie pakket 014 = Tekeningnummer
Invulling attributes gewijzigd-balk (B): 001 = Wijzigingsnummer 002 = Gewijzigd 003 = Omschrijving 004 = Getekend 005 = Gezien Invulling attributes gewijzigd-balk vervolg (C): 001 = Wijzigingsnummer 002 = Gewijzigd 003 = Omschrijving 004 = Getekend 005 = Gezien
Blad: 3.2.1
26-03-2010
Blad: 3.3.0
ALGEMENE AFSPRAKEN
26-03-2010
Opstarttekening (template-file) Bij de Universiteit Leiden wordt gebruik gemaakt van de template-files Uni-leiden.dwt (algemeen), Uni-leiden-B.dwt (bouwkundig) Uni-leiden-E.dwt (elektrotechnisch), Uni-leiden-W.dwt (werktuigbouwkundig) in deze opstarttekeningen zijn een aantal instellingen conform de procedures ingesteld. Gebruik van de schaalfactor In tegenstelling tot een Layout-tab, waarin alles 1 op 1 getekend wordt, wordt in een Model-tab ten alle tijden in werkelijke wereldmaten getekend. Dit wil zeggen dat in een Model-tab alles getekend wordt met maten en afstanden zoals het in werkelijkheid is (werkelijke wereldmaten), waarbij 1 eenheid in AutoCAD overeenkomt met 1 mm. De schaalfactor wordt bepaald door de schaalinstelling van het belangrijkste Viewport in de Layout-tab. Schaalafhankelijke factoren, zoals b.v. teksthoogte en de Overall Scale (Dimscale) worden bepaald door de schaalinstelling van het Viewport waarin ze weergegeven worden. Blocks die niet wereldmaat afhankelijk zijn, zoals b.v. formaat, onderhoek, maatbalk, noordpijl, etc.,worden geplaatst in een Layout-tab met een schaalfactor van 1. Alle wereldmaat afhankelijke blocks, zoals b.v. deuren, ramen, kolommen etc., worden met een schaalfactor van 1 geplaatst. De Global scale factor (Linetype scale) staat standaard ingesteld op 4. Maatbalk Op iedere tekening waarop een schaal vermeld staat dient ook een maatbalk geplaatst te worden, dit in verband met het maken van eventuele verschaalde afdrukken van de output. De maatbalk is voorzien van attributes, de invulling hiervan is afhankelijk van de schaalfactor van de tekening. De maatbalk kan geplaatst worden vanuit het UniLeiden menu.
Blad: 3.3.1
ALGEMENE AFSPRAKEN
26-03-2010
Model / Layout Een tekening wordt opgebouwd in Model / Layout, uitzondering hierop zijn elektrotechnische schemas welke volledig in een Layout-tab opgezet worden. Al datgene wat los staat van het model, zoals b.v. formaat en onderhoek, wordt in de Layout-tab getekend en deze blocks worden met een schaalfactor van 1 geplaatst. Daarna wordt in de Layout-tab een Viewport aangemaakt, hierin kan men het getekende model dusdanig met het Pan en Zoom commando plaatsen dat het geheel binnen het Viewport past. D.m.v. de toolbar viewports of het Zoom XP commando kan het model op de goede schaal t.o.v. de Layout-tab gebracht worden.
Door het Viewport te selecteren kan rechtstreeks in de toolbar viewports een schaalfactor ingegeven worden. Staat de benodigde schaalfactor er niet standaard bij, dan kan deze alsnog aangemaakt worden door het betreffende Viewport actief te maken (Floating Modelspace) en vervolgens het Zoom commando met subcommando b.v. 1/50XP uit te voeren. Eventueel kunnen meerdere Viewports aangemaakt worden t.b.v. verschillende schaalfactoren of details. M.b.v. de optie "display locked" (Properties van het modelviewkader) kan een bepaalde zoominstelling opslagen worden. De instelling van de systeemvariabele PSLTscale dient bij gebruik van Model en Layout op 1 te staan (i.v.m. Global scale factor).
Orintatiewijziging van het model in het Viewport Wanneer de orintatie van het model gewijzigd moet worden gebruik dan het commando Dview (optie twist) vanuit floating modelspace. Het icon wijzigt ook, zie onderstaand voorbeeld.
Blad: 3.3.2
ALGEMENE AFSPRAKEN
26-03-2010
De mogelijkheden van Model en Layout zijn zeer uitgebreid, zorg er daarom voor dat je deze materie beheerst alvorens op deze manier een tekening op te bouwen, raadpleeg de AutoCad reference manual of de AutoCAD help functie. Model werkelijke wereldmaten de tekening Layout schaal 1:1 de layout
Meerdere Layout-tabs AutoCAD kan met meerdere Layout-tabs werken, binnen Universiteit Leiden hanteren we hiervoor twee toepassingen, te weten: A. Detail bladen Hierdoor is het mogelijk om in n file meerdere Layout-tabs aan te maken t.b.v. details in afwijkende schaalfactoren
B. Tekeningsoorten Hierdoor is het mogelijk om in n file meerdere tekeningsoorten (b.v. licht, kracht etc.) in verschillende Layout-tabs te combineren.
Voor een uitgebreide toelichting van deze opzet zie de parenttekening-gecombineerd. Een combinatie van deze twee methodieken is toegestaan, waarbij de benaming van de detail Layout-tab een combinatie is van bovenstaande mogelijkheden.
Blad: 3.3.3
ALGEMENE AFSPRAKEN
26-03-2010
Cadnaam Een tekening wordt voorzien van een cadnaam, die als volgt opgebouwd wordt.
..\AUTOCAD\REVISIE\03\LAYOUT\xxxxxxxxxxxxx.DWG(LAYOUT1)
naam Layout-tab Layer 0 Alle blocks moeten worden aangemaakt in layer 0, zodat ze later in iedere gewenste laag te plaatsen zijn. Indien een block, wat aangemaakt is in layer 0, in een andere laag geplaatst wordt en dit block wordt gexplode dan komen alle elementen in layer 0 te staan.. Layer 0 is een referentie laag voor attributes van blocks en diverse andere informatie t.b.v. AutoCAD, deze laag mag dan ook nooit bevroren of uitgezet worden, doet men dit wel dan bestaat er de mogelijkheid dat attributes van blocks, geplaatst in een andere laag, niet weergegeven worden op de plot maar wel op het scherm.
Aanmaken van blocks Blocks dienen aangemaakt te worden in layer 0, het insertion point (aangrijpingspunt) en het basepoint komt op 0,0 te liggen. Voor alle disiplines (m.u.v. veiligheid) geldt dat bij het aanmaken van de blocks deze een vaste Lineweight krijgen en dat de kleur en het lijntype Byblock zijn. De blocks t.b.v. veiligheid worden aangemaakt met een vaste kleur, vaste linetype en de lineweight op 0,25. Attribute Defenition Tags van Attribute Defenitions die in een block geplaatst worden dienen een logische nummering te krijgen, oftewel het eerste attribute wat na insertion gevraagd wordt heeft als tag 01, het tweede 02, het derde 03, etc. Indien er attributes tussengevoegd worden dient de nummering van de tags aangepast te worden. De manier om de volgorde van vragen te benvloeden is door eerst de Attribute Defenitions afzonderlijk in de volgorde zoals ze gevraagd moeten worden te selecteren, daarna het geheel m.b.v. de window of crossing selectie en als Block of Wblock weg te schrijven. Tekst TEKSTHOOGTE 1.8 2.5 3.5 5 7 DIKTE 0.18 0.25 0.35 0.5 0.7
Blad: 3.3.4
ALGEMENE AFSPRAKEN
26-03-2010
Als standaard lettertype wordt de fontname Isocp gebruikt (style= Standard, font= Isocp) Bij het aanmaken van een nieuwe Text Style dient de naam van de style gelijk te zijn aan de fontbenaming. Worden er meerdere styles gebruikt met eenzelfde font dan dient de stylename genummerd te worden (b.v. simplex 01, simplex 02 etc.). De height (van een style) moet altijd 0 zijn en de width factor bij voorkeur 1. Bij voorkeur in de tekening geen true type font (ttf) gebruiken, deze benvloeden de performance (vooral bij grote tekeningen) negatief, gebruik indien mogelijk alleen shx fonts van AutoCAD.
Functioneel kleurgebruik AutoCAD kent 255 kleuren, echter bij vele kleuren is het kleurverloop zo klein dat het maken van onderscheid problemen op kan leveren. Bij voorkeur worden in deze afsprakenmap de volgende kleuren gehanteerd.
Blad: 3.3.5
26-03-2010
Blad: 3.4.0
ALGEMENE AFSPRAKEN
DE REFERENCE-FILE (1)
26-03-2010
De reference-file Een referece-file kan zijn: een bouwkundige plattegrond, terreintekening, elektrotechnische installatie, een werktuigbouwkundige installatie etc. Formaat, onderhoek, maatbalk, situatie enz. worden niet in de reference-file maar in de parenttekening getekend. Voor het tekenen/reviseren van een reference-file gelden de onderstaande afspraken. Inhoud reference-file Bij voorkeur bestaat een reference-file uit n discipline (zie hoofdstuk 3.1). Het is echter toegestaan om disciplines te combineren, de opzet van lagenindeling maakt dit mogelijk omdat we per discipline een unieke lagencodering hanteren. Lageninstelling van de reference-file In de reference-file staan standaard alle lagen onzichtbaar (freeze), de lageninstelling van een discipline wordt gemaakt in de parenttekening door de benodigde lagen aan te zetten (thaw). Bij het verlaten van de reference-file dienen alle lagen bevroren te worden m.u.v. laag 0, hiermee voorkomt men dat eventueel nieuwe aangemaakte lagen, in de reference-file, zichtbaar worden in een al bestaande parenttekening. Layout informatie De Layout-tab van een reference-file wordt alleen gebruikt ter informatie. In deze Layout-tab is standaard het info-block reference-file zichtbaar. Het info-block reference-file kan geplaatst worden vanuit het UniLeiden menu.
Blad: 3.4.1
ALGEMENE AFSPRAKEN
DE REFERENCE-FILE (2)
26-03-2010
Nulpunt
OBJECT
Getekend Datum Schaal Formaat Bladnr. Aantal bl. CAD applicatie Tekening nr.
Alle tekeningen zijn gepositioneerd vanuit een vast nulpunt, dit nulpunt bevindt zich op een vast afgesproken plaats op het terrein of in het gebouw. Indien er geen specifieke afspraak gemaakt is t.a.v. het nulpunt gaat de voorkeur uit naar de kruising tussen stramien A en stramien 1. Voor schema's en detailtekeningen ligt het nulpunt links-onder op het formaat
De bouwkundige reference-file De bouwkundige reference-file wordt als reference-file met de optie overlay achter een installatie reference-file geplaatst. Wanneer de bouwkundige reference-file dienst doet als onderlegger, kunnen de lagen van deze bouwkundige reference-file veranderd worden naar color 8 in de parenttekening!. Wanneer de bouwkundige onderlegger met n pendikte geplot moet worden kan in de ctb-file bij color 8 een vaste lineweight i.p.v. use object lineweight geselecteerd worden. Ook de kleur kan hier veranderd worden.
Lagenindeling De lagenindeling is opgezet zodat in AutoCAD getekend moet worden met n van de volgende 3 toepassingen: - Applicatie pakket Nordined. - Applicatie pakket Stabiplan. - Lagenindeling omschreven in dit protocol. Als men gebruik maakt van de applicatiepakketten Nordined of Stabiplan worden bij het plaatsen van de symbolen, lijnen, teksten e.d. de lagen automatisch aangemaakt. De lagenindeling is opgezet volgens het CAD-afsprakenstelsel 2.0. Deze is voorzien van een Discipline codering, een Entiteit codering, de elementen methode NL/SfB met onderverdeling en eventuele Omschrijving NL/SfB is een classificatiesysteem voor alle in het bouwproces relevante informatie. Dit systeem is in 1950 in Zweden ontwikkeld en is internationaal aanvaard, diverse systemen waaronder de Nederlandse Bouw Documentatie zijn volgens dit systeem opgezet.
Blad: 3.4.2
ALGEMENE AFSPRAKEN
26-03-2010
Opbouw parenttekening De parenttekening is een lege tekening die bestaat uit een kader, stempel, maatbalk, situatie, noordpijl, renvooi en Viewport(s). Achter deze tekening worden de betreffende disciplines als reference-file in Model (in een laag gelijknamig aan de reference-file) ge-attached op de cordinaten 0,0. De lagen kunnen ingesteld worden d.m.v. freeze/thaw of freeze/thaw current Viewport. De variabele retain changes to Xref layers (Options), dient bij gebruik van reference-files aan te staan zodat lageninstellingen in de parenttekening voorrang krijgen t.o.v. die van de achterliggende reference files. Opslag en wijzigingen De parenttekening kan onder de juiste naam opgeslagen worden. Wijzigingen op de diverse disciplines worden gedaan in de betreffende reference-files, de parenttekening wordt alleen gewijzigd m.b.t. formaat, onderhoek etc. Lagenindeling parenttekening
LAAG CODERING KLEUR LAAGGEBRUIK
(color 7) (color 6) (color 7) (color 7) (color 7)
(color 7)
Lagengebruik Viewports worden in een Layout-tab aangemaakt, aan ieder Viewport kan een afzonderlijke laag toegekend worden (BL$31---, BL$32---, ect) of indien dit niet nodig is kunnen ze gezamenlijk in een laag geplaatst worden (BL$3----). Alvorens te plotten moeten deze lagen op "no-plot" ingesteld worden, wenst men het kader van een viewport toch te plotten dan dient men het kader een lineweight van 0.25 te geven. Werkwijze opbouw parenttekening Kaders, Stempels, Noordpijl, Schaalbalk t.b.v. de diverse disciplines plaatsen in respectievelijk laag BL$2---_kader, BL$4----_stempel, BL$5----_Noordpijl en BL$6----_schaalbalk, legenda of renvooi en situatie paatsen in laag BL$9----_renvooi. Laag 0 wordt niet gebruikt. Het is niet verplicht om de legenda boven de onderhoek te plaatsen, hier wordt echter wel de voorkeur aan gegeven.
Blad: 3.4.3
ALGEMENE AFSPRAKEN
26-03-2010
In een A3 en A4 formaat wordt de noordpijl geplaatst met een schaal van 0.7 op een afstand van 20,20 vanuit de binnenste rechterboven hoek van het formaat.
Blad: 3.4.4
ALGEMENE AFSPRAKEN
DE PARENTTEKENING-GECOMBINEERD
26-03-2010
Opbouw gecombineerde parenttekening In een gecombineerde parenttekening kunnen alle tekeningsoorten van n discipline ondergebracht worden in verschillende Layout-tabs binnen n parenttekening. De informatie van n discipline komt uit n enkele reference-file welke ge-attached wordt aan deze parenttekening. De file-benaming is bijvoorbeeld: 22010100N-E0P0, waarbij het tekeningnr. in de onderhoek wordt aangevuld met de tab codering bijvoorbeeld: 22010100 N-E0P0/H. attach
overlay
attach
22010100N-E0P0.DWG Elektrotechnische parenttekening: tab goten: Kanalisatie tab licht: Licht- en noodverlichtingsinstallatie
attach
overlay
attach
22010100N-W0P0.DWG Werktuigbouwkundige parenttekening: tab afvoer: Afvoeren tab verw. tapwater: Drinkwater, verwarmd tapwater Blad: 3.4.5
26-03-2010
Blad: 3.5.0
ALGEMENE AFSPRAKEN
26-03-2010
Gebruik van lijndikte In het verleden (pre-R2000) was het niet mogelijk om objecten met dezelfde kleur in verschillende pendikte uit te plotten. Men moest vooraf bepalen of de tekening als kleuren of zwart/wit illustratie gebruikt ging worden (zie werkwijze A). Vanaf R2000 is het mogelijk om aan ieder object een lineweight mee te geven, hierdoor is het mogelijk geworden een combinatie te maken van kleur en lijndikte (zie werkwijze B). Door bovengenoemde historie is het nu echter nog niet mogelijk om de eerstgenoemde werkwijze te negeren. Werkwijze A. Kleuren vertegenwoordigen pendikte Door historie bepaalde werkwijze, verdient niet de voorkeur. Deze werkwijze wordt echter nog vaak toegepast binnen lopende projecten.
Binnen deze werkwijze dient vooraf bepaald te worden of men uiteindelijk een zwart/wit of kleuren illustratie wil.
Blad: 3.5.1
ALGEMENE AFSPRAKEN
26-03-2010
B. Lineweights in combinatie met kleur of zwart/wit Door toepassing van Lineweights is het mogelijk om zowel voor kleur als voor zwart/wit toepassingen in lijndikte en/of kleur te werken. . Het is mogelijk om aan objecten, ongeacht de kleur, ook een Lineweight mee te geven De werkwijze is identiek als het koppelen van een kleur of lijntype aan een object, ook hier heeft men de mogelijkheden: vaste Lineweight, Lineweight bylayer en Lineweight byblock. Blocks kunnen nu een uniforme kleur hebben (byblock) en toch uit verschillende lijndikte opgebouwd zijn.
Let op: lineweights alleen toepassen als het werken hiermee overeenkomstig de procedure van de klant is. In een pre-R2000 versie is het gebruik van Lineweight niet mogelijk en wordt daardoor niet weergegeven.
Blad: 3.5.2
ALGEMENE AFSPRAKEN
26-03-2010
De optie Scale lineweights wordt niet door alle plotters ondersteund en werkt niet als men plot vanuit model. Onderstaand overzicht geeft de verhouding van pendikte weer welke in de plot style tables (CTB-files) aangepast kunnen worden.
Verschaling van pendikte PEN 1 2 3 4 5 6 7 255 MEERPENS 100% 70% 50% 0.18 0.12 0.09 0.35 0.25 0.17 0.50 0.35 0.25 0.70 0.50 0.35 1.00 0.70 0.50 1.20 0.84 0.60 0.25 0.18 0.12 0.25 0.18 0.12 35% 0.06 0.12 0.18 0.25 0.35 0.42 0.09 0.09 100% 0.25 0.25 0.25 0.25 0.25 0.25 0.25 0.25 EENPENS 70% 50% 0.18 0.12 0.18 0.12 0.18 0.12 0.18 0.12 0.18 0.12 0.18 0.12 0.18 0.12 0.18 0.12 35% 0.09 0.09 0.09 0.09 0.09 0.09 0.09 0.09 VERKLEINING
100%=A4>A4 A3>A3 70%=A3>A4 A2>A3 50%=A2>A4 A1>A3 35%=A1>A4 A0>A3
Blad: 3.5.3
ALGEMENE AFSPRAKEN
LIJNTYPEN
26-03-2010 benaming
CONTINUOUS DASHED CENTER BORDER DASHDOT DIVIDE DOT HIDDEN PHANTOM
Lijntype
Opmerking Voor de bovenstaande lijntypen wordt gebruik gemaakt van de standaard bij AutoCAD bijgeleverde lijntypefile: ACAD.LIN en voor de werktuigbouwkundige installatie tekeningen de door Universiteit Leiden aangemaakte lijntypefile: UNI-LEIDEN.LIN. De applicatie pakketten Nordined en Stabiplan maken gebruik van eigen lijntypefiles. Andere lijntypen dan hierboven vastgelegd, zijn niet toegestaan. De Global scale factor(LTscale) is in dit voorbeeld ingesteld op 4. Bij gebruik van lijntypen anders dan continuous dient de Global scale factor ingesteld te worden op 4 (1:1) en de PaperSpace Linetype Scale (PSLTscale) op 1. Als men in een tekening gebruik wil maken van verschillende schalen van een bepaalt linetype, dan maakt men gebruik van de (CELTscale) LTscale per Current Element (Current object scale in de linetype manager). De factoren die gebruikt mogen worden voor deze CELTscales zijn: 0.5, 0.7, 1 <default>, 1.5 en 2. De voorkeur gaat uit naar een default instelling van 1..
Blad: 3.5.4
Blad: 3.6.0
26-03-2010
Blad: 3.6.0
ALGEMENE AFSPRAKEN
26-03-2010
Kopieer de UniLeiden-directorie vanaf CD-ROM naar een gewenste locatie op uw systeem. Start AutoCAD op. Voeg in het Support File Search Path, in het Options dialoog onder de tab Files, de nieuwe locatie van de UniLeiden-files toe.
Laad m.b.v. het commando Menuload het UniLeiden-menu, dit menu wordt als extra Pulldown-menu voor het laatste Pulldown-menu van AutoCAD geplaatst.
Blad: 3.6.1
ALGEMENE AFSPRAKEN
26-03-2010
Het Pulldown menu Na installatie is het UniLeiden-menu toegankelijk als pull-down menu, via dit menu kunnen diverse toolbars aangeroepen worden m.b.t. de diverse disciplines. Middels dit menu kan men ook eenvoudig formaten, onderhoeken en gerelateerde symboliek aanroepen. Tevens kan men vanuit het menu het complete AutoCAD protocol als PDF-file raadplegen, voorwaarde is echter dat Adobe Acrobat Reader 5.0 (of hoger) op het systeem geinstalleerd is (Freeware).
De Toolbars Met behulp van onderstaande toolbars kunnen diverse blocks-bibliotheken aangeroepen worden. Ook kan men vanuit de toolbar Discipline WI de diverse lijntypen t.a.v. leidingsoorten instellen.
Blad: 3.6.2
26-03-2010
4 BOUWKUNDE
4-1 4-2 4-3 4-4 Tekeningsoort Lagenindeling Blocks Bouwkundige CAD-afspraken
Blad: 4.0.0
Blad: 4.0.0
26-03-2010
4-1 TEKENINGSOORT
Blad: 4.1.0
BOUWKUNDE
TEKENINGSOORT LAYOUT NAAM Tekeninglijst 1_100 1_200 Doorsnede Gevelaanz. Detail Sloopplan Brandw.voorz. Fund.plan Vloeren Kapplan Wandafw. Vloerafw Plafondafw Ind.plattegrond OMSCHRIJVING Tekeninglijst Plattegrond (1:20 1:50 1:100) Plattegrond (1:200 1:500 1:1000) Doorsnede Gevelaanzichten Detail Sloopplan Brandwerende voorzieningen Funderingsplan Vloeren Kapplan Wandafwerkingen Vloerafwerkingen Plafondafwerkingen (systeemplafonds) Indelingsplattegronden / huisvestingstekeningen
26-03-2010
TEKENING SOORT A B C D E F G H I J K L M N O P Q R S T U V W X Y Z
Blad: 4.1.1
26-03-2010
4-2 LAGENINDELING
Blad: 4.2.0
BOUWKUNDE
26-03-2010
Lagenindeling De lagenindeling is opgezet zodat in AutoCAD getekend moet worden met n van de volgende 3 toepassingen: - Applicatie pakket Nordined. - Applicatie pakket Stabiplan. - Lagenindeling omschreven in deze Afsprakenmap. Als gebruik maakt wordt van de applicatiepakketten Nordined of Stabiplan wordt bij het plaatsen van de symbolen, lijnen, teksten e.d. de lagen automatisch aangemaakt. De gekozen laagbenaming is volgens het CAD-afspraken-stelsel 2.0.
A B CCCC DD _ EEEEEEEEEEEEEEE
Discipline Soort entiteit Codering volgens NL-SfB Onderverdeling Underscore (optioneel) Omschrijving (optioneel)
A B CCCC DD _ EEEEEEEEEEEEEEE
A B CCCC DD _ EEEEEEEEEEEEEEE
Blad: 4.2.1
BOUWKUNDE
26-03-2010
Deze codering is gebaseerd op de elementen methode 91 versie januari 1997 van BNA (Bond van Nederlandse Architecten). Indien een code is voorzien van een $ is dit een aanduiding voor snijlijnen, hartlijnen, stramienenen, etc. Onderverdeling A B CCCC DD _ EEEEEEEEEEEEEEE
Deze 2 karakters worden gebruikt om een extra onderverdeling dit omdat niet alle opsplitsingen voor lagenindeling zijn voorzien in de NL-SfB codering. Omschrijving A B CCCC DD _ EEEEEEEEEEEEEEE
Achter de vaste codering van 8 karakters kan een vrij op te geven omschrijving opgegeven worden, de totale laagbenaming mag echter niet meer dan 24 karakters bevatten (inclusief underscore)
Lagen van andere disciplines dan bouwkunde, die ook in de bouwkundige reference-file aanwezig moeten zijn, zoals bijv. vaste voorzieningen (I), brandpreventie (E) etc. kunnen in de laagindeling van de desbetreffende discipline opgezocht worden.
Blad: 4.2.2
LAGENINDELING (1)
KLEUR LAAGGEB.
26-03-10
TEKENING SOORT
Algemeen Tekst alg emeen Maatvoering algemeen Stramienen en maatvoering Arcering algemeen Ruimtebenaming Detailnummers Sloop
B/C/D/F/G
Funderingen Bodemvoorziening Vloeren en opslag Funderingskonstrukties: algemeen Funderingskonstrukties: voeten en balken (poeren) Paalfunderingen Ruwbouw Buitenwanden: algemeen Buitenwanden: niet constructief (o.a. spouwisolatie) Binnenwanden Brandkompartimentering Vloeren en galerijen Trappen en hellingen: algemeen Trappen en hellingen: liften Trappen en hellingen: ladders/klimijzers (hangsteiger) Kolomkoppen en randbalken Daken Hoofddraagconstructie: algemeen Hoofddraagconstructie: kolommen en liggers Afbouw Buitenwandopeningen: algemeen Buitenw.openingen: niet gevuld (o.a. t.b.v. techn. Inst.) Binnenwandopeningen: algemeen Binnenw.openingen: niet gevuld (o.a. t.b.v. techn. Inst.) Vloeropeningen Balustrades en leuningen Plafonds (hangend) Dakopeningen: algemeen Dakopeningen: gevuld (o.a. lichtkoepels etc.) Inbouwpakketten (o.a. systeemwanden) Variabel karakter: zie Soort entiteit (tekenelement)
F/I
A#2100--_bu-alg A#2110--_bu-nietcon A#2200--_binnenw A#2201--_brandkom A#2300--_vloeren A#2400--_trap-alg A#24001-_trap-liften A#2430--_trap-ladder A#2600--_kolom A#2700--_daken A#2800--_constr-alg A#2810--_constr-kolom
B/C/D/E/F/ H/J/K
A#3100--_bu-alg A#3110--_bu-nietgev A#3200--_bi-alg A#3210--_bi-nietgev A#3300--_vloeropen A#3400--_balustrades A#3500--_plafond A#3700--_dakop-alg A#3720--_dakop-gevuld A#3800--_inbouwpak #
B/C/D/E/F/ J
ALLE OBJECTEN COLOR BYLAYER! (DIENT ALS ONDERLEGGER) LINETYPE VAST EN LINEWEIGHT VAST ER DIENT TEN ALLE TIJDEN EEN SUB-CODE AAN EEN LAAG TOEGEKEND TE WORDEN
Blad: 4.2.3
BOUWKUNDE
26-03-10
TEKENING SOORT
LAAG CODE
Afwerkingen Wandafwerkingen buiten Wandafwerkingen binnen Vloerafwerkingen Trap-en hellingafwerkingen Plafondafwerkingen Dakafwerkingen Beloopbare dakafwerkingen Afwerkingspakketten
E/H/L/M/N
BL$8---BL$8----_Tekst
freeze B/C/D/F/G
ALLE OBJECTEN COLOR BYLAYER! (DIENT ALS ONDERLEGGER) LINETYPE VAST EN LINEWEIGHT VAST ER DIENT TEN ALLE TIJDEN EEN SUB-CODE AAN EEN LAAG TOEGEKEND TE WORDEN
Blad: 4.2.4
Blad: 4.3.0
26-03-2010
4-3 BLOCKS
Blad: 4.3.0
BOUWKUNDE
VERKLARING BLOCKNAAM
26-03-2010
Blad: 4.3.1
26-03-2010
BLOCKNAAM ATT.
muuropening 510
STDBKE01
muuropening 560
STDBKE02
muuropening 610
STDBKE03
muuropening 660
STDBKE04
muuropening 710
STDBKE05
muuropening 760
STDBKE06
muuropening 810
STDBKE07
muuropening 860
STDBKE08
muuropening 910
STDBKE09
muuropening 960
STDBKE10
muuropening 1010
STDBKE11
muuropening 1060
STDBKE12
muuropening 1110
STDBKE13
Blad: 4.3.2
26-03-2010
BLOCKNAAM ATT.
muuropening 1310
STDBKA01
muuropening 1610
STDBKA02
muuropening 1910
STDBKA03
Blad: 4.3.3
26-03-2010
BLOCKNAAM ATT.
muuropening 1310
STDBKB01
Blad: 4.3.4
26-03-2010
BLOCKNAAM ATT.
muuropening 1310
STDBKC01
muuropening 1610
STDBKC02
muuropening 1910
STDBKC03
Blad: 4.3.5
26-03-2010
BLOCKNAAM ATT.
STDBKD01
Blad: 4.3.6
26-03-2010
BLOCKNAAM ATT.
muuropening 1910
STDBKG01
muuropening 2210
STDBKG02
muuropening 2510
STDBKG03
muuropening 2810
STDBKG04
muuropening 3110
STDBKG05
Blad: 4.3.7
26-03-2010
BLOCKNAAM ATT.
STDBKF01
STDBKF02
STDBKF03
STDBKF04
STDBKF05
STDBKF06
STDBKF07
STDBKF08
Blad: 4.3.8
26-03-2010
BLOCKNAAM ATT.
tourniquet 2000
STDBKI01
vouwdeur
STDBKI02
Blad: 4.3.9
WANDOPENINGEN, DIVERSEN
26-03-2010
BLOCKNAAM ATT.
zelfsluiten
STDBKJ01
brandwerend
STDBKJ02
Blad: 4.3.10
WANDOPENINGEN, RAMEN
26-03-2010
BLOCKNAAM STDBKH01 ATT. N
raam (488)
STDBKH02
raam (610)
STDBKH03
raam (630)
STDBKH04
raam (910)
STDBKH05
raam (915)
STDBKH06
raam (1050)
STDBKH07
raam (1200)
STDBKH08
raam (1210)
STDBKH09
raam (1342)
STDBKH10
raam (1360)
STDBKH11
raam (1510)
STDBKH12
raam (1524)
STDBKH13
raam (1770)
STDBKH14
raam (1810)
STDBKH15
raam (2110)
STDBKH16
raam (2260)
STDBKH17
raam (2339)
STDBKH18
raam (2410)
STDBKH19
Blad: 4.3.11
26-03-2010
BLOCKNAAM STDBCA01 STDBCA02 STDBCA03 STDBCA04 STDBCA05 STDBCA06 STDBCA07 STDBCA08 STDBCA09 STDBCA10 STDBCA11 STDBCA12 STDBCA13 STDBCA14 STDBCA15 STDBCA16 STDBCA17 ATT. N N N N N N N N N N N N N N N N N
breedflensbalk HEA 100 (100x96) breedflensbalk HEA 120 (120x114) breedflensbalk HEA 140 (140x133) breedflensbalk HEA 160 (160x152) breedflensbalk HEA 180 (180x171) breedflensbalk HEA 200 (200x190) breedflensbalk HEA 220 (220x210) breedflensbalk HEA 240 (240x230) breedflensbalk HEA 260 (260x250) breedflensbalk HEA 280 (280x270) breedflensbalk HEA 300 (300x290) breedflensbalk HEA 320 (300x310) breedflensbalk HEA 340 (300x330) breedflensbalk HEA 360 (300x350) breedflensbalk HEA 400 (300x390) breedflensbalk HEA 450 (300x440) breedflensbalk HEA 500 (300x490)
STDBCA18
STDBCA19
STDBCA20
STDBCA21
STDBCA22
STDBCA23
STDBCA24
Blad: 4.3.12
26-03-2010
BLOCKNAAM STDBCB01 STDBCB02 STDBCB03 STDBCB04 STDBCB05 STDBCB06 STDBCB07 STDBCB08 STDBCB09 STDBCB10 STDBCB11 STDBCB12 STDBCB13 ATT. N N N N N N N N N N N N N
breedflensbalk HEB 100 (100x100) breedflensbalk HEB 120 (120x120) breedflensbalk HEB 140 (140x140) breedflensbalk HEB 160 (160x160) breedflensbalk HEB 180 (180x180) breedflensbalk HEB 200 (200x200) breedflensbalk HEB 220 (220x220) breedflensbalk HEB 240 (240x240) breedflensbalk HEB 260 (260x260) breedflensbalk HEB 280 (280x280) breedflensbalk HEB 300 (300x300) breedflensbalk HEB 320 (300x320) breedflensbalk HEB 340 (300x340)
STDBCB14
STDBCB15
STDBCB16
STDBCB17
STDBCB18
STDBCB19
Blad: 4.3.13
26-03-2010
BLOCKNAAM STDBCC01 STDBCC02 STDBCC03 STDBCC04 STDBCC05 STDBCC06 STDBCC07 STDBCC08 ATT. N N N N N N N N
balkstaal UNP 80 (45x80) balkstaal UNP 100 (50x100) balkstaal UNP 120 (55x120) balkstaal UNP 140 (60x140) balkstaal UNP 160 (65x160) balkstaal UNP 180 (70x180) balkstaal UNP 200 (75x200) balkstaal UNP 220 (80x220)
STDBCC09
STDBCC10
STDBCC11
STDBCC12
STDBCC13
STDBCC14
STDBCC15
STDBCC16
Blad: 4.3.14
26-03-2010
BLOCKNAAM STDBCD01 STDBCD02 STDBCD03 STDBCD04 STDBCD05 STDBCD06 STDBCD07 STDBCD08 STDBCD09 STDBCD10 ATT. N N N N N N N N N N
balkstaal IPE 80 (46x80) balkstaal IPE 100 (55x100) balkstaal IPE 120 (64x120) balkstaal IPE 140 (73x140) balkstaal IPE 160 (82x160) balkstaal IPE 180 (91x180) balkstaal IPE 200 (100x200) balkstaal IPE 220 (110x220) balkstaal IPE 240 (120x240) balkstaal IPE 270 (135x270)
STDBCD11
STDBCD12
STDBCD13
STDBCD14
STDBCD15
STDBCD16
STDBCD17
STDBCD18
Blad: 4.3.15
BOUWKUNDE BLOCK
26-03-2010
ATT. N N N N N N N N N N N N N N N N
BLOCKNAAM STDBCE01 STDBCE02 STDBCE03 STDBCE04 STDBCE05 STDBCE06 STDBCE07 STDBCE08 STDBCE09 STDBCE10 STDBCE11 STDBCE12 STDBCE13 STDBCE14 STDBCE15 STDBCE16
Blad: 4.3.16
TRAPPEN EN HELLINGEN
26-03-2010
BLOCKNAAM ATT.
bovenaanzicht trap
STDBTB01
bovenaanzicht trap
STDBTB02
bovenaanzicht trap
STDBTB03
bovenaanzicht trap
STDBTB04
bovenaanzicht trap
STDBTB05
bovenaanzicht trap
STDBTB06
bovenaanzicht trap
STDBTB07
Blad: 4.3.17
26-03-2010
BLOCKNAAM ATT.
bovenaanzicht noodladder
STDBTA01
bovenaanzicht noodladder
STDBTA02
Blad: 4.3.18
26-03-2010
BLOCKNAAM ATT.
zijaanzicht personenauto
STDBAA01
zijaanzicht personenauto
STDBAA02
zijaanzicht personenauto
STDBAA03
zijaanzicht personenauto
STDBAA04
zijaanzicht personenauto
STDBAA05
zijaanzicht personenauto
STDBAA06
zijaanzicht personenauto
STDBAA07
zijaanzicht personenauto
STDBAA08
zijaanzicht bus
STDBAA09
vooraanzicht personenauto
STDBAA10
vooraanzicht personenauto
STDBAA11
vooraanzicht personenauto
STDBAA12
vooraanzicht personenauto
STDBAA13
vooraanzicht personenauto
STDBAA14
Blad: 4.3.19
BOUWKUNDE BLOCK
26-03-2010
BLOCKNAAM ATT.
bovenaanzicht personenauto
STDBAA15
bovenaanzicht personenauto
STDBAA16
bovenaanzicht personenauto
STDBAA17
bovenaanzicht personenauto
STDBAA18
bovenaanzicht personenauto
STDBAA19
bovenaanzicht personenauto
STDBAA20
bovenaanzicht personenauto
STDBAA21
bovenaanzicht personenauto
STDBAA22
zijaanzicht vrachtwagen
STDBAA23
vooraanzicht vrachtwagen
STDBAA24
bovenaanzicht vrachtwagen
STDBAA25
bovenaanzicht vrachtwagen
STDBAA26
zijaanzicht vrachtwagen
STDBAA27
bovenaanzicht vrachtwagen
STDBAA28
Blad: 4.3.20
26-03-2010
BLOCKNAAM ATT.
zijaanzicht boom
STDBAB01
zijaanzicht boom
STDBAB02
zijaanzicht boom
STDBAB03
zijaanzicht boom
STDBAB04
zijaanzicht boom
STDBAB05
zijaanzicht boom
STDBAB06
zijaanzicht boom
STDBAB07
Blad: 4.3.21
26-03-2010
BLOCKNAAM ATT.
zijaanzicht boom
STDBAB08
zijaanzicht boom
STDBAB09
STDBAB10
zijaanzicht struikgewas
STDBAB11
bovenaanzicht boom
STDBAB12
bovenaanzicht boom
STDBAB13
bovenaanzicht boom
STDBAB14
bovenaanzicht boom
STDBAB15
bovenaanzicht boom
STDBAB16
Blad: 4.3.22
26-03-2010
BLOCKNAAM ATT.
bovenaanzicht boom
STDBAB17
bovenaanzicht boom
STDBAB18
bovenaanzicht boom
STDBAB19
bovenaanzicht boom
STDBAB20
bovenaanzicht boom
STDBAB21
bovenaanzicht boom
STDBAB22
bovenaanzicht boom
STDBAB23
bovenaanzicht boom
STDBAB24
bovenaanzicht boom
STDBAB25
bovenaanzicht boom
STDBAB26
Blad: 4.3.23
26-03-2010
BLOCKNAAM ATT.
achteraanzicht persoon
STDBAC01
achteraanzicht persoon
STDBAC02
vooraanzicht persoon
STDBAC03
vooraanzicht personen
STDBAC04
zijaanzicht persoon
STDBAC05
zijaanzicht persoon
STDBAC06
zijaanzicht persoon
STDBAC07
zijaanzicht persoon
STDBAC08
zijaanzicht personen
STDBAC09
Blad: 4.3.24
26-03-2010
BLOCKNAAM ATT.
zijaanzicht persoon
STDBAC10
vooraanzicht persoon
STDBAC11
vooraanzicht personen
STDBAC12
vooraanzicht persoon
STDBAC13
achteraanzicht persoon
STDBAC14
achteraanzicht persoon
STDBAC15
vooraanzicht persoon
STDBAC16
zijaanzicht persoon
STDBAC17
vooraanzicht personen
STDBAC18
Blad: 4.3.25
26-03-2010
BLOCKNAAM ATT.
zijaanzicht personen
STDBAC19
pictogram rolstoel
STDBAC20
bovenaanzicht persoon
STDBAC21
bovenaanzicht persoon
STDBAC22
bovenaanzicht persoon
STDBAC23
Blad: 4.3.26
ALGEMEEN, DIVERSEN
26-03-2010
BLOCKNAAM ATT.
hoogtemaat doorsnede
STDBAD01
hoogtemaat plattegrond
STDBAD02
stramienballon
STDBAD03
ruimtenummerballon
STDBAD04
noordpijl
STDBAD05
stijgrichting trap
STDBAD06
STDBAD07
Blad: 4.3.27
26-03-2010
Blad: 4.4.0
BOUWKUNDE
BOUWKUNDIGE CAD-AFSPRAKEN
26-03-2010
Plattegrondtekeningen
De maten van 10 en 7 zijn afhankelijk van de schaal van het viewport, ook de Overall Scale t.b.v. dimensies moet in relatie liggen tot deze schaal voor het plaatsen van de dimensies.
Blad: 4.4.1
BOUWKUNDE
BOUWKUNDIGE ARCERINGEN
26-03-2010
Arceringen Voor het arceren van bouwkundige wanden dienen de volgende instellingen gebruikt te worden:
Binnen wand
Beton wand
Buiten wand
Blad: 4.4.2
BOUWKUNDE
BOUWKUNDIGE LEIDINGSCHACHTEN
26-03-2010
Leidingschachten
De NEN 2580 maakt onderscheid in 2 soorten leidingschachten, toegankelijke en niet-toegankelijke leidingschachten. Voor het berekenen van de netto-vloeroppervlakte staat in de NEN 2580 de volgende omschrijving: Hoofdstuk 4.3 Netto-vloeroppervlakte 4.3.1. Bij de bepaling van de netto-vloeroppervlakte wordt niet meegerekend: de oppervlakte van een vrijstaande niet-toegankelijke leidingschacht, indien het grondoppervlak daarvan groter is dan 0,5m. 4.3.2. De oppervlakte van een trapgat, een liftschacht en een toegankelijke leidingschacht moet op elke bouwlaag tot de netto-vloeroppervlakte van een gebouw worden gerekend. In de bouwkundige tekeningen dient onderscheid gemaakt te worden voor het aangeven van toegankelijke en niet-toegankelijke leidingschachten. Deze dienen getekend te worden zoals weergegeven in onderstaand voorbeeld.
Niet-toegankelijke leidingschacht
Toegankelijke leidingschacht
Blad: 4.4.3
BOUWKUNDE
26-03-2010
Laagbenaming daktekening
Voor het tekenen van daktekeningen is de onderstaande lagen detaillering vastgesteld (Figuur 1). In deze bouwkundige tekeningen staan ook niet bouwkundige lagen zoals regenwater (WL5210-_regenw) en vaste inrichting (AL7610--_vast-opslag). Voor deze opbouw is gekozen zodat een bouwkundige daktekening uit niet meer dan n referentie file bestaat. Voor lage codering zie: Hoofdstuk 4 blz 4.2.3 & blz 4.2.4 Hoofdstuk 6 blz 6.2.3 & blz 6.2.4 Hoofdstuk 7 blz 7.2.3
AL4710--_dakafw AL2800--_contr-alg
AT2810--_contr-kolom
Blad: 4.4.4
BOUWKUNDE
26-03-2010
Bouwkundige lagen DO fase (Definitief Ontwerp) Tijdens een nieuwbouw- en renovatieprojecten zijn er verschillende fases waarin tekeningen door diverse toeleveranciers gemaakt en/of als onderlegger (referentiefile) gebruikt worden. Bouwkundige tekeningen worden veelal door architecten gemaakt die gebruikt maken van verscheidende CAD pakketten / applicaties. Indien de tekningen tijdens het project de status definitief Ontwerp (DOfase) krijgen dienen ze aangeleverd te worden aan de Universiteit al AutoCAD tekening (dwg-file). Deze tekeningen dienen in deze fase te voldoen aan de minimale eisen van het AutoCAD protocol. Deze minimale eisen zijn: - De schaal: units in mm ( in werkelijke wereld maten) - Nulpunt + hoekrotatie gebouw moet gelijk zijn aan het moederbestand in Planon - Per verdieping n tekening - Nulpunt verdiepingen gelijk. De tekening moet minimaal een opspitsing hebben van de volgende lagen. Laagbenaming blz 4.2.3 / 4.2.4 - Buitenwanden (incl. deuren en ramen), - Binnenwanden (incl. deuren en ramen), - Vloeren, - Plafonds, - Daken, - Arceringen (buitenwanden), - Arceringen (binnenwanden), - Ruimte nummers / ruimtebenaming, - Teksten algemeen - Wandafwerking, - Maatvoering, - Funderingen, - Vaste inventaris (pantrys, enz.), - Losse inventaris (meubilair, enz.), - Niet bouwkundige disciplines; - Noodverlichting / transparanten, - Blusmiddelen (kleine blusmiddelen & bsh), - Sanitair AL2100--_bu-alg AL2200--_binnenw AL2300--_vloeren AL3500--_plafond AL3700--_dakop-alg AA2100--_bu-alg AA2100--_binnenw AT1005--_ruimte AT1001--_tekst AL4100--_wandafw AM1002--_maatv AL1600--_fund-alg AL7110--_vaste-inventaris AL8110--_losse-inventaris EL6320--_noodverl FL0041--_kleine-blusmid AL7410--_vast-sanitair
Blad: 4.4.5
BOUWKUNDE
RUIMTEBENAMING (1)
26-03-2010
Opbouw ruimtebenaming: De invulling van nieuwe ruimtenummers dient altijd vooraf met de Universiteit worden afgestemd. A 1 . 01 a Bouwdeel A-G of V(erticaal) / H(orizontaal) Verdieping of K(elder) / S(outerrain) Punt Ruimtenummer 00-99 Subruimte(n) a-z
Bouwdeel - Gebouwen worden opgedeeld (indien van toepassing) in een beperkt aantal vleugels en/of bouwdelen welke aangegeven worden met de letters A t/m G. Voorbeeld: A1.01 Kamer 01 in gebouwdeel A op de eerste verdieping Een gebouw zonder vleugels: Voorbeeld: 1.01 Kamer 01 op de eerste verdieping. Toelichting: Soms lijkt het logisch het gebouwdeel na de verdieping te plaatsen. Hiervoor is niet gekozen, omdat bij het wegvallen van de bouwdeel-aanduiding, de verdieping nog steeds op dezelfde positie staat (positie 2). Dit levert voordelen op bij opname van de gegevens in een database en bij data-analyse. - Bouwdeel H zijn altijd alle horizontale verkeersruimten (oftewel gangen). Gangen die doorlopen onder bogen of doorgangen worden nog steeds als n ruimte gezien (voorbeeld links). Gangen die worden gescheiden door treden, dan wel een trap, worden wel als aparte ruimten gezien (voorbeeld rechts). Voorbeelden:
Toelichting: Voor de bovenstaande benadering (met name het rechter voorbeeld) is gekozen met onderhoudswerkzaamheden in gedachte. Denk daarbij aan het leggen van vloeren of schoonmaak. - Bouwdeel V zijn altijd alle verticale (verkeers)ruimten (trappen, toegankelijke schachten, liften). Voorbeeld: V5.03 Verticale ruimte 03 op de 5de verdieping Nb: Niet toegankelijke ruimten worden niet genummerd, conform NEN2580. Verticale ruimten en/of trappenhuizen dienen hetzelfde (opvolgende nummer) nummer te hebben. Ergo: V0.01 en bovenliggend V1.01, enz. - NB: Een liftschacht wordt op elke verdieping van een ruimtenummer voorzien.
Blad: 4.4.6
BOUWKUNDE
RUIMTEBENAMING (2)
26-03-2010
Verdieping - Verdieping K is de kelder. Voorbeeld: K.01 (ruimte 1 in laag -1) Indien de kelder bestaat uit meerdere verdiepingen wordt gebruik gemaakt van 2 karakters. Voorbeeld: K1.01 (ruimte 1 in laag -1). K2.01 (ruimte 1 op laag -2). Indien een kelder ramen heeft en als onderwijs, dan wel kantoorruimte gebruikt wordt, wordt deze aangeduid met een S. Voorbeeld: BS.01 (ruimte 1 in het souterrain van de B vleugel). Voorbeeld: VS.01 (verticale ruimte nummer 01 in het souterrain). NB: De combinatie S en K (bijv. KS.01) komt niet voor en mag niet worden gebruikt. Ruimtenummer Tussen de stramienen worden ruimtevelden benoemd. - Even en oneven tegen over elkaar, bij voorkeur even aan de noordzijde van het gebouw; - Bij rondlopende gebouwen / carrvormen is de buitenring even en de binnenring oneven; - Gebouwnummers lopen in de tekening oplopende vanaf de hoofdingang van het gebouw. Bij rondgang type gebouwen lopen ruimtenummers bij voorkeur tegen de klok in (linksom) Alle netto ruimten worden systematisch doorgenummerd, waarbij - Het eindnummer bepaald wordt in welk ruimteveld de toegangsdeur is gelegen. Voorbeeld:
- Bij meerdere deuren, wordt het ruimtenummer bepaald door laagste veldnummer van de toegangsdeuren; - Idem bij meerdere deuren, maar bij een dubbele toegangsdeur bepaalt de locatie van deze het ruimtenummer. - Alle ruimten worden genummerd, inclusief alle gangen, trappen en schachten. Zie voor Netto oppervlakte de ruimtedefinities in NEN2580. NB: Nummering m.b.v. ruimtevelden wordt aangehouden om rekening te houden met het mogelijk verplaatsen van de wanden in de toekomst. Het kan dus voorkomen dat men ruimtenummers tegenkomt, waarbij tussenliggende nummers ontbreken. In het bovenstaande plaatje ontbreekt dus kamer 5 en liggen kamer A0.03 en A0.07 Subruimte Een ruimte in een grotere ruimte gelegen wordt subruimte genoemd. Vaak is dit bij sanitaire ruimten, waarbij de hokjes worden aangeduid met een kleine a, b, enz. Voorbeeld: B3.03a Subruimte in ruimte B3.03.
Blad: 4.4.7
26-03-2010
5 ELEKTROTECHNIEK
5-1 5-2 5-3 5-4 5-5 5-6 5-7 Tekeningsoort installaties Lagenindeling installaties Blocks installaties Tekeningsoort installatie schemas Lagenindeling installatie schemas Blocks installatie schemas CAD-afspraken voor elektrotechnische installatie schemas
Blad: 5.0.0
Blad: 5.0.0
26-03-2010
Blad: 5.1.0
ELEKTROTECHNISCHE INSTALLATIES
26-03-2010
TEKENING SOORT A B B C D E F G H I J K L M N O P Q R S T U V W X Y Z
LAYOUT NAAM Tek.lijst Aarding Laagsp. Goten Hoogsp Zwakstr Bliksem Kracht Licht Com-alg. Data Brandbev. Braak Transport Gebouwbeh. -
Centrale elektrotechnische voorzieningen - laagspanning Centrale elektrotechnische voorzieningen - kanalisatie Centrale elektrotechnische voorzieningen - energie, hoogspanning Centrale elektrotechnische voorzieningen - energie, zwakstroom Centrale elektrotechnische voorzieningen - bliksembeveiliging Krachtinstallatie Lichtinstallatie Communicatie: algemeen Communicatie: data Brandbeveiliging Beveiligingsinstallatie Transport Gebouwbeheervoorzieningen -
Blad: 5.1.1
26-03-2010
Blad: 5.2.0
ELEKTROTECHNISCHE INSTALLATIES
26-03-2010
Lagenindeling De lagenindeling is opgezet zodat in AutoCAD getekend moet worden met n van de volgende 3 toepassingen: - Applicatie pakket Nordined. - Applicatie pakket Stabiplan. - Lagenindeling omschreven in deze Afsprakenmap. Als gebruik maakt wordt van de applicatiepakketten Nordined of Stabiplan wordt bij het plaatsen van de symbolen, lijnen, teksten e.d. de lagen automatisch aangemaakt. De gekozen laagbenaming is volgens het CAD-afspraken-stelsel 2.0.
A B CCCC DD _ EEEEEEEEEEEEEEE
Discipline Soort entiteit Codering volgens NL-SfB Onderverdeling Underscore (optioneel) Omschrijving (optioneel)
A B CCCC DD _ EEEEEEEEEEEEEEE
A B CCCC DD _ EEEEEEEEEEEEEEE
Blad: 5.2.1
ELEKTROTECHNISCHE INSTALLATIES
26-03-2010
Deze codering is gebaseerd op de elementen methode 91 versie januari 1997 van BNA (Bond van Nederlandse Architecten). Indien een code is voorzien van een $ is dit een aanduiding voor snijlijnen, hartlijnen, stramienenen, etc. Onderverdeling A B CCCC DD _ EEEEEEEEEEEEEEE
Deze 2 karakters worden gebruikt om een extra onderverdeling dit omdat niet alle opsplitsingen voor lagenindeling zijn voorzien in de NL-SfB codering. Omschrijving A B CCCC DD _ EEEEEEEEEEEEEEE
Achter de vaste codering van 8 karakters kan een vrij op te geven omschrijving opgegeven worden, de totale laagbenaming mag echter niet meer dan 24 karakters bevatten (inclusief underscore)
Blad: 5.2.2
ELEKTROTECHNISCHE INSTALLATIES
01-09-08
TEKENING SOORT
LAAG CODE
E#6110--_cen-noodstr
Noodstroomvoorziening (in combinatie met licht of brandbeveiliging) Centrale voorzieningen noodstroom (noodstroomaggregaat, no-break install.) Aardingsinstallatie Veiligheidsaarding, medische aarding, potentiaal vereffening Kanalisatie Kanalisatie algemeen Kabelgoten Wandgoten Vloergoten Energiezuilen Hoogspanningsinstallatie Centrale voorz. hoogspanning (trafo, hoogsp.verdeler) Laagspanningsinstallatie (i.c.m. aardingsinst.) Centrale voorz. laagspanning (hoofdverd.kast, verdeelkast, railkokers) Zwakstroominstallatie Veiligheidstrafos, accubatterijen Bliksembeveiliging Bliksembeveiliging, overspanningsbeveiliging Krachtinstallatie Krachtstroom algemeen Lichtinstallatie Lichtinstallatie algemeen Noodverlichtingsinstallatie Calamiteiten decentraal (decentrale noodverlichting) Calamiteiten centraal gevoed (centrale noodverlichting)
H/K
E#6120--_aarding
E#6140--_cen-hsp
E#6150--_cen-lsp
E#6160--_zwakstr.
E#6170--_bliksem
E#6200--_kracht
E#6300--_licht
E#6320--_noodverl-cen E#6350--_noodverl-decen
ALLE OBJECTEN COLOR BYLAYER! LINETYPE VAST EN LINEWEIGHT VAST ER DIENT TEN ALLE TIJDEN EEN SUB-CODE AAN EEN LAAG TOEGEKEND TE WORDEN
Blad: 5.2.3
ELEKTROTECHNISCHE INSTALLATIES
01-09-08
TEKENING SOORT
LAAG CODE
Communicatie: algemeen Personenoproep, signalering, zusteroproep, beletinst. Klokinstallatie Geluiden (telefoon, intercom, geluiddistributie etc.) Communicatie: data Beelden (gesloten tv-circuits, beeldreproductie, video, diaprojectie etc.) Data (telex, gesloten datanetten etc.) Gentegreerde systemen Antenne inrichting Brandbeveiligingsinstallatie Brandbeveiliging (brandblusmaterialen, detectie en alarmering etc.) Beveiligingsinstallatie Preventie en detectie van braak (inbraakcentrale, cameras, overvalalarmering etc.) Preventie en detectie van overlast (beveiliging, zonwerings installaties etc.) Preventie en detectie van sociale nood Preventie en detectie van milieu overlast (detectie, melding, beveiliging tegen straling, gassen etc.) Transport Liften (liftinstallatie, heftableau etc.) Roltrappen en rolpaden Goederen (goederenlift, takels, baantransport etc.) Documenten (buizenpost etc.) Gebouwbeheersvoorzieningen Gecentraliseerd beheer van technische voorzieningen Geautomatiseerd beheer van techn. voorzieningen Geautomatiseerd beheer van klimaat en sanitaire voorzieningen
E#6510--_brand
ALLE OBJECTEN COLOR BYLAYER! LINETYPE VAST EN LINEWEIGHT VAST ER DIENT TEN ALLE TIJDEN EEN SUB-CODE AAN EEN LAAG TOEGEKEND TE WORDEN
Blad: 5.2.4
Blad: 5.2.4
26-03-2010
Blad: 5.3.0
ELEKTROTECHNISCHE INSTALLATIES
VERKLARING BLOCKNAAM
26-03-2010
00 = standaard volgens NEN 10617 / IEC 60617 01-99 = NEN 10617 / IEC 60617 reeks als richtlijn gebruikt
Blad: 5.3.1
INSTALLATIES, KASTEN
26-03-2010
BLOCKNAAM ATT.
11120701
Blad: 5.3.2
INSTALLATIES, ARMATUREN
26-03-2010
BLOCKNAAM ATT.
armatuur algemeen
01=armatuurcode, 02=groepnummer-schakelcode
11150100
11150401
11150402
11150403
11150404
11150501
11150502
11150503
11150504
meervoudig TL armatuur
01=aantal TL lampen
11150600
Blad: 5.3.3
INSTALLATIES, WANDARMATUREN
26-03-2010
BLOCKNAAM ATT.
wandarmatuur algemeen
01=armatuurcode, 02=groepnummer-schakelcode
11150200
11150411
11150412
11150413
11150414
11150511
11150512
11150513
11150514
Blad: 5.3.4
26-03-2010
BLOCKNAAM ATT.
enkelpolige schakelaar
01=schakelcode, 02=aantal polen
11140101
tweepolige schakelaar
01=schakelcode
11140400
driepolige schakelaar
01=schakelcode
11140103
vierpolige schakelaar
01=schakelcode
11140104
trekschakelaar
01=schakelcode
11140900
serieschakelaar
01=schakelcode rechts, 02=schakelcode links
11140500
wisselschakelaar
01=schakelcode
11140600
kruisschakelaar
01=schakelcode
11140700
11140801
drukknop
01=schakelcode
11141000
11141100
sleutelschakelaar
01=schakelcode
11141500
11140102
Blad: 5.3.5
26-03-2010
BLOCKNAAM ATT.
11140201
11130607
11130600
11130601
11130602
11130603
11130604
11130605
11130606
Blad: 5.3.6
26-03-2010
ATT.
BLOCKNAAM
11130100
11130400
tweevoudig w.c.d.
01=groepnummer
11130201
11130202
11130101
scheer w.c.d.
01=groepnummer
11130800
11130401
11130700
Blad: 5.3.7
26-03-2010
ATT.
BLOCKNAAM
11130402
aansluitpunt algemeen
01=groepnummer, 02=omschrijving
11120401
aansluitpunt verwarmingselement
01=groepnummer, 02=omschrijving
04011200
aansluitklem
01=groepnummer
03020101
nul
11110100
aarde
11110200
nul, aarde
11110300
1-fase, nul
11110401
11110402
3-fase
11110403
3-fase, aarde
11110404
11110400
Blad: 5.3.8
26-03-2010
ATT.
BLOCKNAAM
noodverlichting centraal
01=armatuurcode, 02=groepnummer-schakelcode
11151100
11150421
11150422
11150423
11150424
11150521
11150522
11150523
11150524
Blad: 5.3.9
26-03-2010
ATT.
BLOCKNAAM
noodverlichting decentraal
01=armatuurcode, 02=groepnummer-schakelcode
11151200
11150431
11150432
11150433
11150434
11150531
11150532
11150533
11150534
Blad: 5.3.10
INSTALLATIES, UITGANGEN
26-03-2010
BLOCKNAAM ATT.
11151101
11151102
11151103
11151104
11151105
11151106
11151107
11151108
Geef in het renvooi / legenda aan of het gebruikte symbool van deze pagina centraal of decentraal is.
Blad: 5.3.11
INSTALLATIES, AARDING
26-03-2010
BLOCKNAAM ATT.
STDEH001
N Y
02150100
02150102
02150200
Y Y N
02150300 02150101
02150400
11030100
STDEW001
Doorverbindingsstrip
03A10100
STDEW002
Opvanger
STDEW003
STDEW004
STDEW005
Dak- of gootdoorvoering
STDEW006
STDEW007
Meet- of aansluitpunt
STDEW008
Blad: 5.3.12
INSTALLATIES, TELEFOON
26-03-2010
BLOCKNAAM ATT.
telefoontoestel
01=toestelnr.
09050100
11130903
Blad: 5.3.13
INSTALLATIES, ZUSTEROPROEP
26-03-2010
BLOCKNAAM ATT.
signaallamp
01=groepnummer
08100101
knipperlicht
08100201
intercom
11160500
intercom hoofdtoestel
11160501
zusteroproep
01=groepnummer
STDEI001
drukknop
01=schakelcode
11141000
11141100
Blad: 5.3.14
26-03-2010
BLOCKNAAM ATT.
luidspreker
09090700
luidspreker microfoon
09090800
microfoon
09090100
versterker
10150200
volumeregelaar
02030101
camera
STDEV001
monitor
STDEV002
09090701
bel
08100601
zoemer
08101001
hoorn
01=groepnummer
08100501
N N Y Y N N
aansluitpunt algemeen
01=groepnummer, 02=omschrijving
thermostaat hygrostaat
Blad: 5.3.15
INSTALLATIES, KLOKKEN
26-03-2010
BLOCKNAAM ATT.
klok
08080100
moederklok
08080200
08080300
dubbele klok
08080101
tikklok
11160300
antenne
10040100
Blad: 5.3.16
INSTALLATIES, BRANDMELDING
26-03-2010
BLOCKNAAM ATT.
brandmeldcentrale
01=codering brandmeldcentrale
STDEB001
automatische brandmelder
01=type brandmelder, 02=lusnummer, 03=groep/ruimte nummer
STDEB003
handmelder
01=lusnummer, 02=groep/ruimte nummer
STDEB004
kleefmagneet
01=groepnummer
STDEV012
STDEV013
STDEV010
signaallamp
01=groepnummer
08100101
knipperlicht
08100201
hoorn
01=groepnummer
08100501
sirene
08100901
nevenpaneel
01=groepnummer
STDEB002
11141200
Blad: 5.3.17
INSTALLATIES, BEVEILIGING
26-03-2010
BLOCKNAAM ATT.
passief infrarood
STDEV003
passief infrarood
STDEV004
passief infrarood
STDEV005
STDEV006
centraal meldpaneel
STDEV007
akoestische signaalgever
STDEV008
deurslot
11160400
optische signaalgever
STDEV011
magneetcontact
01=groepnummer
STDEV014
sirene
08100901
knipperlicht
08100201
STDEV010
kleefmagneet
01=groepnummer
STDEV012
STDEV013
Blad: 5.3.18
INSTALLATIES, DIVERSEN
26-03-2010
BLOCKNAAM ATT.
m=motor v=ventilator
01=code, 02=groepnummer
06040100
relaiskast zonwering
STDEY014
11140102
lichtgevoelige cel
0514A200
soepele verbinding
03010600
11120100
11120200
11120300
STDEL001
Blad: 5.3.19
INSTALLATIES, C.A.
BLOCKNAAM
26-03-2010
ATT.
coax anderhalf-kabel
(linetype=phantom)
coax drie-kabel
(linetype=center)
coax zes-kabel
(linetype=dashed)
coax twaalf-kabel
(linetype=continuous)
aansluitpunt algemeen
01=groepnummer, 02=omschrijving
11120401
11130903
Blad: 5.3.20
Blad: 5.3.20
26-03-2010
Blad: 5.4.0
ELEKTROTECHNISCHE SCHEMAS
26-03-2010
TEKENING SOORT A B C D E F G H I J K L M N O P Q R S T U V W X Y Z
Blad: 5.4.1
26-03-2010
Blad: 5.5.0
ELEKTROTECHNISCHE SCHEMAS
LAGENINDELING
26-03-2010
Lagenoverzicht
Bij elektrotechnische schemas is het niet nodig om bepaalde onderdelen onzichtbaar te maken omdat dit geen extra waarde toevoegd, om deze reden is er gekozen voor een eenvoudige lagenstructuur, deze is als volgt:
LAAG CODE
OMSCHRIJVING
KLEUR LAAGGEBRUIK
Formaat, onderhoek
(color 7)
01
(color 7)
Blad: 5.5.1
26-03-2010
Blad: 5.6.0
ELEKTROTECHNISCHE SCHEMAS
VERKLARING BLOCKNAAM
26-03-2010
01 = standaard volgens NEN 10617 / IEC 60617 01-99 = NEN 10617 / IEC 60617 reeks als richtlijn gebruikt
Blad: 5.6.1
26-03-2010
BLOCKNAAM ATT.
schroefsmeltveiligheid 1 fase
07210201
schroefsmeltveiligheid 3 fase
07210202
07210101
07210102
smeltpatroonlastschakelaar
07210701
smeltpatroonscheider
07210801
smeltpatroonlastscheider
07210901
0721A401
vermogensschakelaar 2-polig
07130501
vermogensschakelaar 3-polig
07130502
vermogensschakelaar 4-polig
07130503
installatieautomaat 1-polig
0713A101
installatieautomaat 2-polig
0713A102
installatieautomaat 3-polig
0713A103
installatieautomaat 4-polig
0713A104
Blad: 5.6.2
26-03-2010
BLOCKNAAM ATT.
aardlekschakelaar 2-polig
0713B601
aardlekschakelaar 4-polig
0713B602
0713A201
0713A105
schakelaar 2-polig
11140400
schakelaar 3-polig
1114A300
schakelaar 4-polig
1114A301
magneetschakelaar
0702A100
magneetschakelaar 2-polig
0702A101
magneetschakelaar 3-polig
0702A102
magneetschakelaar 4-polig
0702A103
(losneembare) aansluitklem
01=klemmenstrook 02=klemnummer
0302A100
Gesloten vonkbrug
07220100
Overspanningsafleider (grofbeveiliging)
07220300
Overspanningsafleider (fijnbeveiliging)
07220301
Blad: 5.6.3
26-03-2010
BLOCKNAAM ATT.
elektromagnetische beveiliging thermische beveiliging voltmeter amperemeter frequentiemeter ohmmeter cosinus phi meter
N N N N N N N
urenteller
08040100
kilowattuurmeter
0804A100
N N N N
aarde
11110200
nul, aarde
11110300
1-fase, nul
11110401
11110402
11110403
3-fase, aarde
11110404
11110400
Blad: 5.6.4
26-03-2010
ATT.
OMSCHRIJVING
BLOCKNAAM
STDHH001
STDHH002
STDHH003
STDHH004
STDHH005
STDHH006
STDHH007
STDHH008
STDHH009
STDHH010
STDHH011
STDHH012
Blad: 5.6.5
26-03-2010
ATT.
OMSCHRIJVING
BLOCKNAAM
STDHH015
STDHH016
STDHH017
STDHH018
STDHH019
STDHH020
STDHH021
STDHH022
STDHH023
STDHH024
STDHH025
STDHH026
Blad: 5.6.6
26-03-2010
ATT.
OMSCHRIJVING
BLOCKNAAM
STDHH027
STDHH028
STDHH029
STDHH030
Blad: 5.6.7
26-03-2010
ATT.
OMSCHRIJVING
BLOCKNAAM
STDHH100
STDHH101
STDHH103
STDHH105
STDHH106
STDHH102
STDHH104
STDHH107
STDHH108
STDHH109
STDHH110
STDHH110
Blad: 5.6.8
26-03-2010
BLOCKNAAM ATT.
STDHH200
STDHH201
STDHH202
STDHH203
STDHH204
STDHH205
STDHH206
STDHH207
Blad: 5.6.9
26-03-2010
BLOCKNAAM ATT.
OMSCHRIJVING
STDHH300
STDHH301
STDHH302
STDHH303
STDHH304
STDHH305
STDHH306
STDHH307
Blad: 5.6.10
26-03-2010
BLOCKNAAM ATT.
OMSCHRIJVING
STDHH308
STDHH309
Blad: 5.6.11
26-03-2010
BLOCKNAAM ATT.
OMSCHRIJVING
180x270 -
STDHH400
270x270 -
STDHH401
360x270 -
STDHH402
540x270 -
STDHH403
540x360 -
STDHH404
Blad: 5.6.12
Blad: 5.7.0
26-03-2010
Blad: 5.7.0
ELEKTROTECHNISCHE SCHEMAS
ELEKTROTECHNISCHE CAD-AFSPRAKEN
26-03-2010
Een elektrotechnisch schema wordt geheel opgezet in de Layout. Lineweight gebruik Stroomvoerende onderdelen worden getekend met een dikte van 0,35. Fysieke verbindingen tussen componenten worden met een lijntype hidden en dikte 0,25 getekend. Omkastingen worden met een lijntype continuous of dashed en een dikte van 0,5 getekend.
Blad: 5.7.1
26-03-2010
6 WERKTUIGBOUWKUNDE
6-1 6-2 6-3 6-4 Tekeningsoort Lagenindeling Blocks CAD-afspraken voor Werktuigbouwkundige installaties
Blad: 6.0.0
Blad: 6.0.0
26-03-2010
6-1 TEKENINGSOORT
Blad: 6.1.0
WERKTUIGBOUWKUNDIGE INSTALLATIES
TEKENINGSOORT OMSCHRIJVING
26-03-2010
TEKENING SOORT A B C D E F G H I J K L M B B N O P Q R S T U V W X Y Z
Tekeninglijst Warmte-dist Regenwater Faecalin Afvoeren Drinkwater Bedrijfswater Condens Waterbeh Brandstof Perslucht Medisch Koude-opw Warmte-dist Warmte-dist Luchtbeh Regeling Sprinkler Diverse Tech-ruimteSchema Afvoeren Water Gassen
Tekeninglijst Warmte - opwekking t.b.v. klimaat (tot aan verdeler) Afvoeren - regenwater Afvoeren - faecalin Afvoeren - bedrijfs-/specifiek Water - drinkwater, verwarmd tapwater Water - bedrijfswater Water - gebruiksstoom en condens Water - waterbehandeling Gassen - brandstof Gassen - perslucht en vacum Gassen - medisch, technisch en bijzonder Koude-opwekking Warmtedistributie - water (vanaf verdeler) Warmtedistributie - bijzonder Luchtbehandeling Regeling klimaat en sanitair Sprinkler installatie Diverse installaties Technische ruimtes Werktuigbouwkundige installatieschemas Afvoeren gecombineerd Water gecombineerd Gassen gecombineerd
Blad: 6.1.1
26-03-2010
6-2 LAGENINDELING
Blad: 6.2.0
WERKTUIGBOUWKUNDIGE INSTALLATIES
26-03-2010
Lagenindeling De lagenindeling is opgezet zodat in AutoCAD getekend moet worden met n van de volgende 3 toepassingen: - Applicatie pakket Nordined. - Applicatie pakket Stabiplan. - Lagenindeling omschreven in deze Afsprakenmap. Als gebruik maakt wordt van de applicatiepakketten Nordined of Stabiplan wordt bij het plaatsen van de symbolen, lijnen, teksten e.d. de lagen automatisch aangemaakt. De gekozen laagbenaming is volgens het CAD-afspraken-stelsel 2.0.
A B CCCC DD _ EEEEEEEEEEEEEEE
Discipline Soort entiteit Codering volgens NL-SfB Onderverdeling Underscore (optioneel) Omschrijving (optioneel) Discipline E W A B = = = = Elektrotechniek Werktuigbouwkunde Architect (Bouwkunde) Basis (algemene lagen) A B CCCC DD _ EEEEEEEEEEEEEEE A B CCCC DD _ EEEEEEEEEEEEEEE
Blad: 6.2.1
WERKTUIGBOUWKUNDIGE INSTALLATIES
26-03-2010
Deze codering is gebaseerd op de elementen methode 91 versie januari 1997 van BNA (Bond van Nederlandse Architecten). Indien een code is voorzien van een $ is dit een aanduiding voor snijlijnen, hartlijnen, stramienenen, etc. Onderverdeling A B CCCC DD _ EEEEEEEEEEEEEEE
Deze 2 karakters worden gebruikt om een extra onderverdeling dit omdat niet alle opsplitsingen voor lagenindeling zijn voorzien in de NL-SfB codering. Omschrijving A B CCCC DD _ EEEEEEEEEEEEEEE
Achter de vaste codering van 8 karakters kan een vrij op te geven omschrijving opgegeven worden, de totale laagbenaming mag echter niet meer dan 24 karakters bevatten (inclusief underscore)
Lagen van andere disciplines dan werktuigbouwkundige installaties, die ook in de werktuigbouwkundige reference-file aanwezig moeten zijn, zoals bijv. brandslanghaspels (E), kunnen in de laagindeling van de desbetreffende discipline opgezocht worden.
Blad: 6.2.2
WERKTUIGBOUWKUNDIGE INSTALLATIES
26-03-10
TEKENING SOORT
LAAG CODE
Warmte - opwekking t.b.v. klimaat (tot aan verdeler) Warmte-opwekking algemeen Afvoeren - regenwater Regenwater (goten, hemelwaterafvoer) Afvoeren faecalin (riolering) Faecalin (vrij verval, vacum-, overdruksysteem) Afvoeren - bedrijfs-/specifiek Afvalwater (huishoudelijk, vetten, olin, bedrijfsafvalwater) Speciaal (chemisch-, biologisch-, radioactief besmet water) Vast vuil (stortkokers, vacum-, persluchtsysteem, vuilverbranding) Water - drinkwater, verwarmd tapwater Drinkwater (net-, bronaansluiting, opslagtanks) Verwarmd tapwater (indirect gestookt, gas- elektrische boiler, geyser etc.) Water - bedrijfswater Bedrijfswater (onthard-, demi-, gedestilleerd water) Water - gebruiksstoom en condens Gebruiksstoom en condens (lage / hoge drukstoomsysteem, condenssysteem) Water - waterbehandeling Waterbehandeling (filtratie-, absorptie-, destilatie-, ontgassingssysteem) Variabel karakter: zie Soort entiteit (tekenelement)
W#5310--_drinkwater W#5320--_tapwater
F/Y
W#5330--_bedrijfsw W#5340--_condens
G/Y H/Y
W#5350--_waterbeh #
I/Y
ALLE OBJECTEN COLOR BYLAYER! LINETYPE VAST EN LINEWEIGHT VAST ER DIENT TEN ALLE TIJDEN EEN SUB-CODE AAN EEN LAAG TOEGEKEND TE WORDEN
Blad: 6.2.3
WERKTUIGBOUWKUNDIGE INSTALLATIES
26-03-10
TEKENING SOORT
LAAG CODE
W#5411--_aardgas W#5412--_butaan W#5413--_propaan W#5414--_LPG W#5421--_ perslucht W#5422--_ vacum W#5430--_ medisch W#5440--_ technisch W#5450--_ bijzonder W#5510--_koud-lokaal W#5520--_koud-centraal W#5530--_koud-distributie W#5610--_water-cv W#5640--_water-bijz
Gassen - brandstof Aardgas Butaan Propaan LPG Gassen - perslucht en vacum Perslucht (compressor etc.) Vacum (vacumpomp etc.) Gassen - medisch, technisch en bijzonder Medisch (zuurstof, lachgas, koolzuur etc.) Technisch (stikstof, argon, helium etc.) Bijzonder (zuivere gassen en menggassen) Koude-opwekking Lokaal (raamkoelers, compact-, splitsystemen) Centraal (warmtepomp, schroef-, zuigercompressoren) Distributie (expansievat, circulatiepomp etc.) Warmtedistributie water (vanaf verdeler) Water (centrale verwarming, vloerverwarming etc.) Warmtedistributie bijzonder Bijzonder (zonnewarmte, grondverwarming, warmtepomp etc.) Luchtbehandeling Luchtbehandeling algemeen Regelinstallatie Regeling klimaat en sanitair algemeen Sprinklerinstallatie Sprinklerinstallatie leidingen algemeen Sprinklerinstallatie hoofd leidingen Sprinklerinstallatie verdeel leidingen
J/Z
K/Z
L/Z
B B
N O P
ALLE OBJECTEN COLOR BYLAYER! LINETYPE VAST EN LINEWEIGHT VAST ER DIENT TEN ALLE TIJDEN EEN SUB-CODE AAN EEN LAAG TOEGEKEND TE WORDEN
Blad: 6.2.4
Blad: 6.2.4
26-03-2010
6-3 BLOCKS
Blad: 6.3.0
WERKTUIGBOUWKUNDIGE INSTALLATIES
VERKLARING BLOCKNAAM
26-03-2010
Blad: 6.3.1
WERKTUIGBOUWKUNDIGE INSTALLATIES BLOCK OMSCHRIJVING afsluiter afsluiter normaal gesloten afsluiter met handbediening
26-03-2010
ATT. N N N N N N N N N N N N N N N N N N N N N
inregelafsluiter met handbediening en meetnippels afsluiter met bediening door membraan afsluiter met bediening door vlotter afsluiter met bediening door zuiger afsluiter met bediening door elektromagneet afsluiter met gewichtsbelasting afsluiter met veerbelasting haakse afsluiter kogel- of plugafsluiter klepafsluiter schuifafsluiter naald- of tolafsluiter vlinderklep spui-afsluiter afsluiter met slangwartel drukverminderingstoestel thermostatische afsluiter thermostatische afsluiter met voeler op afstand
Blad: 6.3.2
26-03-2010
BLOCKNAAM B3-003-0 B3-001-2 ATT. N Y
B3-003-1
driewegkogel-of plugafsluiter overstortventiel/veerveiligheid overstortventiel/veerveigliheid lozend op afvoer keerklep filter beproevingskraantje, meetpunt luchtkraantje luchtpot met ontluchting kijkglas condensaatafvoertoestel lekdetector voor condensator afvoertoestel
B3-005-0 B3-002-1 B3-002-2 B3-011-0 STDWA010 STDWA011 A2-104-0 A2-105-0 C5-011-0 STDWP001 STDWC004
N N N N N N N N N N N
gasfles
B5-014-0
pomp
B5-007-0
B5-008-0
B5-009-0
Blad: 6.3.3
26-03-2010
BLOCKNAAM ATT.
drukvat
A3-011-0
restrictieplaat
STDWB018
STDWB019
STDWB020
vacuumtop (mechanisch)
STDWB021
A3-013-0
A3-014-0
Blad: 6.3.4
26-03-2010
BLOCKNAAM ATT.
tappunt water koudwatertappunt warmwatertappunt bronwatertappunt (proceswater) demi-water onthard water onthard warm water gevelkom tappunt algemeen boiler
01=soort boiler: gb= gas, eb= elektrisch
N N N N N N N N Y
tappunt technische gassen persluchttappunt vacuumtappunt aardgastappunt argontappunt heliumtappunt stikstoftappunt waterstoftappunt butaantappunt propaantappunt methaantappunt A2-208-0 A2-209-0 A2-215-0 A2-210-0 A2-211-0 A2-212-0 A2-214-0 STDWA004 STDWA013 STDWA014 N N N N N N N N N N
Blad: 6.3.5
26-03-2010
BLOCKNAAM ATT.
tappunt technische gassen argonmethaantappunt acetyleentappunt carbogeentappunt isobutaantappunt koolzuurtappunt (co2) tappunt medische gassen zuurstoftappunt lachgastappunt medisch persluchttappunt narcosegas afvoerpunt STDWA021 STDWA022 A2-208-0 STDWA005 N N N N STDWA015 STDWA016 STDWA017 STDWA018 STDWA019 N N N N N
Blad: 6.3.6
26-03-2010
BLOCKNAAM B1-201-1 ATT. N
B1-201-2 B1-202-1
N N
B1-202-2
B1-203-1
B1-203-2
B1-204-1
B1-204-2
B1-204-3
B1-204-4
B1-205-1
B1-205-2
B1-205-3
B1-205-4
Blad: 6.3.7
26-03-2010
BLOCKNAAM ATT.
N N N Y N N N N
Y N N N N
flensverbinding brilflens mofverbinding schroefdraadverbinding ondersteuningen ondersteuning staande ondersteuning glijdende ondersteuning vast punt bemating bemating bemating exploderen na plaatsing (laag 0!) exploderen na plaatsing (laag 0!)
N N N N
STDWA001 STDWA002
N N
Blad: 6.3.8
26-03-2010
ATT.
BLOCKNAAM
ketel
A3-001-0
A3-002-0
A3-003-0
A3-004-0
A3-005-0
A3-006-0
A3-007-0
A3-008-0
warmtewisselaar (verwarmend)
A3-009-0
warmtewisselaar (koelend)
A3-010-0
warmte/krachtaggregaat
STDWC003
Blad: 6.3.9
26-03-2010
ATT.
BLOCKNAAM
radiator
A4-001-1
convector, ribbenbuis
A4-002-1
vewarmingsspiraal
A4-003-1
stralingsplaat
A4-004-1
STDWC005
STDWC006
STDWC007
ruimtegegeven
01= ruimtenummer, 02= ruimtetemperatuur
STDWC001
radiatorgegevens
01= lengte, 02= hoogte, 03=type, 04= type radiator ventiel, 05= voetventiel, 06=aansluiting diameter
STDWC002
Blad: 6.3.10
INSTALLATIES: KOELING-OPWEKKING
26-03-2010
BLOCKNAAM ATT.
compressor
A7-002-0
cetrifugaalcompressor
A7-003-0
absorptiekoelmachine
A7-004-0
condensor, watergekoeld
A7-006-0
condensor, luchtgekoeld
A7-007-0
vloeistofkoeler
A7-008-0
voorraadvat
A7-009-0
warmtewisselaar
A7-010-0
koeltoren
A7-012-0
buffervat
STDWL001
Blad: 6.3.11
26-03-2010
ATT.
BLOCKNAAM
automatische filter
01= code:-m= elektromotor, p= pneum. motor, e= elecktromagn. motor, h= handbediening
A6-023-0
filter
A6-024-0
bevochtiger
01= code: s= stoom, w= water
A6-025-0
druppelvanger
A6-026-0
gelijkrichter
A6-027-0
inductiekast
A4-005-0
A4-006-0
A4-007-0
A4-008-0
A4-009-0
A4-010-0
A4-011-0
A4-012-0
A4-013-0
Blad: 6.3.12
26-03-2010
ATT.
BLOCKNAAM
kleppenregister
01= code:-m= elektromotor, p= pneum. motor, e= elecktromagn. motor, h= handbediening
A6-012-1
contraroterend kleppenregister
01= code:-m= elektromotor, p= pneum. motor, e= elecktromagn. motor, h= handbediening
STDWV003
centrifugaalventilator
A6-013-0
A6-014-0
dakventilator centrifugaal
STDWV005
axiaalventilator
A6-015-0
A6-016-0
dakventilator axiaal
STDWV004
geluiddemper
A6-017-0
filter
A6-020-0
absoluut filter
A6-021-0
radio-actiefilter
A6-022-0
A4-014-0
Blad: 6.3.13
26-03-2010
ATT.
BLOCKNAAM
luchtkoeler
A4-015-0
luchtverwarmer
A4-016-0
electrische luchtverwarmer
A4-017-0
A4-018-0
A4-019-0
A4-020-0
Blad: 6.3.14
26-03-2010
ATT.
BLOCKNAAM
A6-007-0
STDWV009
STDWV010
STDWV011
STDWV012
STDWV013
STDWV008
lijnrooster
STDWV014
afzuig rozet
STDWV006
afzuig rozet
STDWV007
TL-armaturen afzuig
STDWV015
kanaalrooster
A6-006-0
buitenlucht rooster
STDWV016
buitenlucht rooster
STDWV017
Blad: 6.3.15
26-03-2010
ATT.
BLOCKNAAM
luchtrichting
STDWV001
retour afzuigrichting
STDWV002
mengdoos
A6-009-0
klep
A6-010-0
brandklep
01= code (bk)
A6-011-0
dakkap
A6-018-0
flexibele leiding
B1-103-0
Blad: 6.3.16
INSTALLATIES: RIOLERING
26-03-2010
BLOCKNAAM ATT.
schrobput
(rechthoekig)
STDWR001
schrobput
(rond)
STDWR002
put of afscheider
01= type put, cpt= controleput, rp= regenwaterput, vvp= vetvangput, zp= zinkput, st= sceptictank, ba= bariumafscheider ga= gipsafscheider, oa= olie-afscheider, sa= sludge, za= zetmeel
STDWR003
STDWR004
ontluchting
B5-002-0
beluchting
B5-003-0
be- en ontluchting
B5-004-0
trechter
B5-005-0
Blad: 6.3.17
INSTALLATIES: BRANDBEVEILIGING
26-03-2010
BLOCKNAAM ATT.
sprinklerkop hangend sprinklerkop staand sprinklerkop wand sprinklerkop hangend en staand zij-aanzicht sprinklerkop zij-aanzicht wand sprinklerkop blusgas sproeier (halon) brandslanghaspel brandslanghaspel in kast draagbaar blustoestel
01= type blusmiddel, 02= inhoud
STDWB001 STDWB002 STDWB003 STDWB004 STDWB005 STDWB006 STDWB007 STDWB008 STDWB009 STDWB010
N N N N N N N N N Y
rijdend blustoestel
01= type blusmiddel, 02= inhoud
STDWB011
vast blustoestel
01= type blusmiddel, 02= inhoud
STDWB012
hulppomp
STDWB013
sprinkler alarmklep nat systeem sprinkler alarmklep droog sprinkler alarmklep deluge systeem branddoorslagbeveiliging
01= (br) afvoer - niet zelf herstellend, (bzh) afvoer - zelfherstellend, (v) vlamdover
N N N Y
branddouche
01= code oogdouche 01= code
STDWB022
oogdouche
01= code
STDWB023
Blad: 6.3.18
INSTALLATIES: PERSLUCHT
26-03-2010
BLOCKNAAM ATT.
compressor
A8-001-0
luchtkoeler
A8-002-0
afscheider
01=code: o= olie, w= water
A8-003-0
droger/olie-absorbtievat
01=code: o= olie, w= water
A8-004-0
oliezak
STDWP002
Blad: 6.3.19
26-03-2010
ATT.
BLOCKNAAM
meetinstrument
01=code: l= peilglas, p= manometer, t= thermometer, f= stromingsmeter, fq= hoeveelheidsmeter
C5-001-0
C5-003-0
meetinstrument in regelkast
01= code procesinstrumentatiefuncties
C5-006-0
aanvullende procesfunctie
01= code aanvullende procesfunctie
C5-007-0
meetinstrument buiten
01= code procesinstrumentatiefuncties
C5-010-0
meetinstrument
C5-004-0
meetinstrument
C5-009-0
meetinstrument
C5-005-0
Blad: 6.3.20
Blad: 6.3.20
26-03-2010
Blad: 6.4.0
WERKTUIGBOUWKUNDIGE INSTALLATIES
26-03-2010
Lijntypefile: UNI-LEIDEN.LIN
Omschrijving
LIJNTYPE
CV - aanvoer CV - retour Gekoeld water - aanvoer Gekoeld water - retour Heet water - aanvoer Heet water - retour Freon - aanvoer Freon - retour Koud water Warm water Warm water recirculatie Proces water Demi water Onthard water Bedrijfswater afvoer Vuilwater afvoer Hemelwater afvoer Gas Perslucht Stoom Condens Argon Acetyleen Helium Stikstof Vloeibare Stikstof Vacuum Waterstof Zuurstof
Blad: 6.4.1
26-03-2010
Blad: 7.0.0
Blad: 7.0.0
26-03-2010
7-1 TEKENINGSOORT
Blad 7.1.0
TEKENINGSOORT OMSCHRIJVING Tekeninglijst Vaste verkeersvoorzieningen Vaste gebruikersvoorzieningen Vaste keukenvoorzieningen Vaste sanitaire voorzieningen Vaste onderhoudsvoorzieningen Vaste opslagvoorzieningen Losse verkeersinventaris Losse gebruikersinventaris Losse keukeninventaris Losse sanitaire inventaris Losse schoonmaakinventaris Losse opslaginventaris Vaste voorzieningen gecombineerd Losse inventaris gecombineerd Vaste voorzieningen en losse inventaris gecombineerd
26-03-2010
TEKENING SOORT A B C D E F G H I J K L M N O P Q R S T U V W X Y Z
LAYOUT NAAM Tekeninglijst Vast verkeer Vast gebruiker Vast keuken Vast sanitaire Vast onderhoud Vast opslag Los verkeer Los gebruiker Los keuken Los sanitaire Los schoonmaak Los opslag Vast gecom. Los gecom. Vast en losse gecom
Blad: 7.1.1
26-03-2010
7-2 LAGENINDELING
Blad: 7.2.0
26-03-2010
Lagenindeling De lagenindeling is opgezet zodat in AutoCAD getekend moet worden met n van de volgende 3 toepassingen: - Applicatie pakket Nordined. - Applicatie pakket Stabiplan. - Lagenindeling omschreven in deze Afsprakenmap. Als gebruik maakt wordt van de applicatiepakketten Nordined of Stabiplan wordt bij het plaatsen van de symbolen, lijnen, teksten e.d. de lagen automatisch aangemaakt. De gekozen laagbenaming is volgens het CAD-afspraken-stelsel 2.0.
A B CCCC DD _ EEEEEEEEEEEEEEE
Discipline Soort entiteit Codering volgens NL-SfB Onderverdeling Underscore (optioneel) Omschrijving (optioneel)
A B CCCC DD _ EEEEEEEEEEEEEEE
A B CCCC DD _ EEEEEEEEEEEEEEE
Blad: 7.2.1
26-03-2010
Deze codering is gebaseerd op de elementen methode 91 versie januari 1997 van BNA (Bond van Nederlandse Architecten). Indien een code is voorzien van een $ is dit een aanduiding voor snijlijnen, hartlijnen, stramienenen, etc. Onderverdeling A B CCCC DD _ EEEEEEEEEEEEEEE
Deze 2 karakters worden gebruikt om een extra onderverdeling dit omdat niet alle opsplitsingen voor lagenindeling zijn voorzien in de NL-SfB codering. Omschrijving A B CCCC DD _ EEEEEEEEEEEEEEE
Achter de vaste codering van 8 karakters kan een vrij op te geven omschrijving opgegeven worden, de totale laagbenaming mag echter niet meer dan 24 karakters bevatten (inclusief underscore)
Lagen van andere disciplines dan inventaris, die ook in de inventaris reference-file aanwezig moeten zijn kunnen in de laagindeling van de desbetreffende discipline opgezocht worden
Blad: 7.2.2
LAGENINDELING OMSCHRIJVING
KLEUR LAAGGEB.
26-03-10
TEKENING SOORT
LAAG CODE
A#7110--_vast-verkeer A#7210--_ vast-gebruik A#7310--_ vast-keuken A#7410--_ vast-sanitair A#7510--_ vast-onderhoud A#7610--_ vast-opslag
Vaste voorziening Vaste verkeersvoorziening (bewegwijzerigen naar in-, uitgangen etc. en vaste inrichtingen zoals banken etc.) Vaste gebruiksvoorzieningen (binnenzonwering, gordijnrail etc.) Vaste keukenvoorzieningen (afzuigkappen, aanrechtbladen,vaste kleine koel/vrieskasten etc.) Vaste sanitaire voorzieningen (badkuipen, wastafels, etc.) Vaste onderhoudsvoorzieningen (voorzieningen voor gevelonderhoud etc.) Vaste opslagvoorzieningen (vast ingebouwde kasten, gaderobevoorzieningen etc.) Losse inventaris Losse verkeersinventaris (losse bewegwijzerigen naar in, uitgangen etc. en losse inrichtingen zoals banken etc.) Losse gebruikersinventaris (vitrages, overgordijnen, losse inventaris zoals werkbanken, meubilering etc.) Losse gebruikersinventaris (laboratoria, werkplaatsen, garages, medische inventaris etc.) Losse keukeninventaris (potten, pannen, serviesgoed, losse koel- en vrieskasten etc.) Losse sanitaire inventaris (afvalbakken, handdoeken, accessoires die niet bij vaste voorzieningen zijn geplaatst) Losse schoonmaakinventaris (stofzuigers, vuilcontainers, vuiltransportwagens etc.) Losse opslaginventaris (losse kasten, rekken, garderobevoorzieningen etc.)
X/Z B C D E F G
A#8110--_los-verkeer A#8210--_ los-gebruik A#8220--_ los-gebruik A#8310--_ los-keuken A#8410--_ los-sanitair A#8510--_ los-schoonmaak A#8610--_ los-opslag
Y/Z K L L M N O P
ALLE OBJECTEN COLOR BYLAYER! LINETYPE VAST EN LINEWEIGHT VAST ER DIENT TEN ALLE TIJDEN EEN SUB-CODE AAN EEN LAAG TOEGEKEND TE WORDEN
Blad: 7.2.3
26-03-2010
7-3 BLOCKS
Blad: 7.3.0
VERKLARING BLOCKNAAM
26-03-2010
Blad: 7.3.1
SANITAIR (1)
26-03-2010
BLOCKNAAM ATT.
bovenaanzicht toilet
STDISA01
vooraanzicht toilet
STDISA02
zijaanzicht toilet
STDISA03
bovenaanzicht toilet
STDISA04
vooraanzicht toilet
STDISA05
zijaanzicht toilet
STDISA06
bovenaanzicht toilet
STDISA07
vooraanzicht toilet
STDISA08
zijaanzicht toilet
STDISA09
bovenaanzicht urinoir
STDISA10
vooraanzicht urinoir
STDISA11
zijaanzicht urinoir
STDISA12
bovenaanzicht invalidetoilet
STDISA13
Blad: 7.3.2
SANITAIR (2)
26-03-2010
BLOCKNAAM ATT.
bovenaanzicht wastafel
STDISB01
bovenaanzicht wastafel
STDISB02
bovenaanzicht wastafel
STDISB03
bovenaanzicht hoekwastafel
STDISB04
vooraanzicht wastafel
STDISB05
zijaanzicht wastafel
STDISB06
bovenaanzicht wastafel
STDISB07
bovenaanzicht wastafel
STDISB08
vooraanzicht wastafel
STDISB09
zijaanzicht wastafel
STDISB10
bovenaanzicht bidet
STDISB11
vooraanzicht bidet
STDISB12
zijaanzicht bidet
STDISB13
Blad: 7.3.3
SANITAIR (3)
26-03-2010
BLOCKNAAM ATT.
bovenaanzicht ligbad
STDISC01
zijaanzicht ligbad
STDISC02
vooraanzicht ligbad
STDISC03
bovenaanzicht douchebak
STDISC04
STDISC05
STDISC02
Blad: 7.3.4
MEUBILAIR
26-03-2010
BLOCKNAAM ATT.
bovenaanzicht stoel
STDIBA01
bovenaanzicht stoel
STDIBA02
bovenaanzicht stoel
STDIBA03
bovenaanzicht stoel
STDIBA04
bovenaanzicht stoel
STDIBA05
bovenaanzicht stoel
STDIBA06
bovenaanzicht stoel
STDIBA07
bovenaanzicht stoel
STDIBA08
bovenaanzicht bed
STDIBA09
bovenaanzicht bed
STDIBA10
Blad: 7.3.5
COMPUTERS
26-03-2010
BLOCKNAAM ATT.
mainframe
STDICA01
pc
STDICA02
pc
STDICA03
intergraph
STDICA04
printer
STDICA05
STDICA06
barcode reader
STDICA07
cabinet 1
STDICA08
modem
STDICA09
cabinet 2
STDICA10
Blad: 7.3.6
26-03-2010
8 VEILIGHEID
8-1 8-2 8-3 8-4 Tekeningsoort Lagenindeling Blocks Regeling ruimtesignalering
Blad: 8.0.0
Blad: 8.0.0
26-03-2010
8-1 TEKENINGSOORT
Blad: 8.1.0
VEILIGHEID
TEKENINGSOORT LAYOUT NAAM Tekeninglijst Ontr plattegr Ontr plattegr Aanvalsplattegr Aanrijroute Aanvalsplattegr Verklaring der tekens Veiligheidsplattegr Branddetectie Vluchtwegmark Kleine blusmiddelen OMSCHRIJVING Tekeninglijst Ontruimingsplattegrond - ophangmodellen Ontruimingsplattegrond - map
26-03-2010
TEKENING SOORT A B C D E F G H I J K L M N O P Q R S T U V W X Y Z
Aanvalsplattegrond: complex Aanrijroute: gebouw Aanvalsplattegrond: gebouw Verklaring der tekens (t.b.v. aanvalsplattegrond, 1x per gebouw) Veiligheidsplattegrond (verbruiksvergunning / BHV) Branddetectie (pictogrammen) Vuchtwegmarkeringen (nooduit etc.) Kleine blusmiddelen
DE TEKENINGSOORTEN I, J EN K WORDEN IN DE REFERENCE-FILE VEILIGHEID (V) GEPLAATST, DE OVERIGE TEKENINGSOORTEN WORDEN RECHTSTREEKS IN HET MODEL VAN DE BETREFFENDE PARENT GEPLAATST.
Blad: 8.1.1
26-03-2010
8-2 LAGENINDELING
Blad: 8.2.0
VEILIGHEID
26-03-2010
Lagenindeling De lagenindeling is opgezet zodat in AutoCAD getekend moet worden met n van de volgende 3 toepassingen: - Applicatie pakket Nordined. - Applicatie pakket Stabiplan. - Lagenindeling omschreven in deze Afsprakenmap. Als gebruik maakt wordt van de applicatiepakketten Nordined of Stabiplan wordt bij het plaatsen van de symbolen, lijnen, teksten e.d. de lagen automatisch aangemaakt. De gekozen laagbenaming is volgens het CAD-afspraken-stelsel 2.0.
A B CCCC DD _ EEEEEEEEEEEEEEE
Discipline Soort entiteit Codering volgens NL-SfB Onderverdeling Underscore (optioneel) Omschrijving (optioneel)
A B CCCC DD _ EEEEEEEEEEEEEEE
A B CCCC DD _ EEEEEEEEEEEEEEE
Blad: 8.2.1
VEILIGHEID
26-03-2010
Deze codering is gebaseerd op de elementen methode 91 versie januari 1997 van BNA (Bond van Nederlandse Architecten). Indien een code is voorzien van een $ is dit een aanduiding voor snijlijnen, hartlijnen, stramienenen, etc. Onderverdeling A B CCCC DD _ EEEEEEEEEEEEEEE
Deze 2 karakters worden gebruikt om een extra onderverdeling dit omdat niet alle opsplitsingen voor lagenindeling zijn voorzien in de NL-SfB codering. Omschrijving A B CCCC DD _ EEEEEEEEEEEEEEE
Achter de vaste codering van 8 karakters kan een vrij op te geven omschrijving opgegeven worden, de totale laagbenaming mag echter niet meer dan 24 karakters bevatten (inclusief underscore)
Lagen van andere disciplines dan veiligheid bijv. Brandcompartimentering (A), die ook in de veiligheid reference-file aanwezig moeten zijn, kunnen in de laagindeling van de desbetreffende discipline opgezocht worden.
Blad: 8.2.2
VEILIGHEID
LAGENINDELING OMSCHRIJVING
26-03-10
TEKENING SOORT
LAAG CODE
F#0001--_ontr-plattegr. F#0002--_ontr-plattegr.
Ontruimingsplattegrond Ontruimingsplattegrond: ophangmodellen Ontruimingsplattegrond: map Aanrijroute Aanrijroutes: complex Aanrijroutes: gebouw Aanvalsplattegrond Aanvalsplattegrond: gebouw Verklaring der tekens Verklaring der tekens( t.b.v. aanvalsplattegrond, 1x per gebouw) Veiligheidsplattegrond Veiligheidsplattegrond (verbruiksvergunning / BHV)
B C
F#0011--_aanrijroute F#0012--_aanrijroute
D E F
F#0013--_aanvalsplattegr
F#0021--_verklaringtekens
H F#0031--_veiligheidsplattegr.
I F#0041--_kleine-blusmid. Kleine blusmiddelen Kleine blusmiddelen J F#0051--_vluchtwegmark. Vluchtwegmarkering Vluchtwegmarkering (nooduit. etc., pictogrammen) Branddetectie Branddetectie (pictogrammen)
F#0061--_branddetectie
DE TEKENINGSOORTEN I, J EN K WORDEN IN DE REFERENCE-FILE VEILIGHEID (V) GEPLAATST, DE OVERIGE TEKENINGSOORTEN WORDEN RECHTSTREEKS IN HET MODEL VAN DE BETREFFENDE PARENT GEPLAATST.
DE COLOR, LINETYPE EN LINEWEIGHT IS VAN ALLE OBJECTEN VAST ER DIENT TEN ALLE TIJDEN EEN SUB-CODE AAN EEN LAAG TOEGEKEND TE WORDEN
Blad: 8.2.3
26-03-2010
8-3 BLOCKS
Blad: 8.3.0
VEILIGHEID
VERKLARING BLOCKNAAM
26-03-2010
Blad: 8.3.1
BRANDBLUSMATERIAAL (1)
26-03-2010
BLOCKNAAM ATT.
poederblusser 1kg
STDCB001
poederblusser 2kg
STDCB002
poederblusser
02=aantal kilo (4, 6 of 7kg)
STDCB003
blusser
01=soort blusser, poederblusser (p) of halon 1211 (h), 02=aantal kilo bij p (9 of 12kg), bij h (2, 4, 6 of 7 kg)
STDCB004
STDCB005
STDCB006
koolzuursneeuwblusser 2kg
STDCB007
koolzuursneeuwblusser 4kg
STDCB008
koolzuursneeuwblusser
02=aantal kilo (4 of 6kg)
STDCB009
koolzuursneeuwblusser verrijdbaar
02=aantal kilo (10, 20, 30, 45 of 50kg)
STDCB010
STDCB011
co2 blusgasinstallatie
02=aantal kilo (30, 40, 45 of 50kg/fles)
STDCB012
halon blusgasinstallatie
02=nummer blusser (1211 of 1301)
STDCB013
bedieningshendel
STDCB014
blaasmond
STDCB015
Blad: 8.3.2
BRANDBLUSMATERIAAL (2)
26-03-2010
BLOCKNAAM ATT.
sprinklerinstallatie
STDCB016
bluspoederinstallatie
STDCB017
STDCB018
STDCB019
natblusser 9 liter
STDCB020
sproeischuimblusser 9 liter
STDCB021
slangehaspel
01=dikte van de spuitmond, 02=slanglengte
STDCB022
bovengrondse brandkraan
STDCB023
STDCB024
sprinklerinstallatie
(geldend voor een ruimte)
STDCB025
blusapparaat
STDCB029
STDCB031
brandblusdeken
STDCB032
Blad: 8.3.3
BRANDMELDING
26-03-2010
BLOCKNAAM ATT.
STDCC001
brandmelder
Color ByBlock
STDCC002
brandmelder
(onder systeemvloer)
Color ByBlock
STDCC003
Brandmelder
(boven verlaagd plafond)
Color ByBlock
STDCC004
brandmelder
(inbouw)
Color ByBlock
STDCC005
alarmindicator
STDCC006
STDCC007
STDCC008
STDCC009
ontruimingsmelder
STDCC010
Blad: 8.3.4
BRANDBESTRIJDING (1)
26-03-2010
BLOCKNAAM ATT.
STDCD001
STDCD002 STDCD003
N N
STDCD004
STDCD005
open water bereikbaar voor autospuit open water aan gekruiste zijde \niet bereikbaar voor autospuit
STDCD006 STDCD007
N N
afsluiter
01= gas (g), water (w), sprinkler (s) of omloop (o)
Color ByBlock
STDCD008
documentatie-c.q. sleutelkastje met slot direkte telefoonlijn naar alarmcentrale brandbluspomp schakelaar
01= hoofdschak. elek. instal. (h), schak. neon, buitenz. geb. (n), brandschak. cv (cv), brandsch. ketelhuis (k)
N N N Y
N N N N N
STDCD018
Blad: 8.3.5
BRANDBESTRIJDING (2)
26-03-2010
BLOCKNAAM ATT.
STDCD019
opstelplaats overige blusvoertuig hoofdingang brandweer secundaire ingang brandweer vertikale kanalen of kokers
N N N N
STDCD024
N N N N N N N
STDCD032
STDCD033
zelfsluitende deur
STDCD034
STDCD035
STDCD036
Blad: 8.3.6
BRANDBESTRIJDING (3)
26-03-2010
BLOCKNAAM ATT.
STDCD037
STDCD038
schuifdeur
STDCD039
roldeur
STDCD040
kooiladder
STDCD041
STDCD042
STDCD043
ontgrendel drukknop
STDCD044
Blad: 8.3.7
WAARSCHUWING (1)
26-03-2010
BLOCKNAAM ATT.
gevaar
STDCW001
ontvlambare stoffen
STDCW002
explosieve stoffen
STDCW003
bijtende stoffen
STDCW004
giftige stoffen
STDCW005
radioaktieve stoffen
STDCW006
STDCW007
laserstraal
STDCW008
transportvoertuigen
STDCW009
hangende lasten
STDCW010
gevaarlijke stof
STDCW011
N N N
STDCW020
STDCW013
Blad: 8.3.8
WAARSCHUWING (2)
26-03-2010
BLOCKNAAM ATT.
STDCW014
STDCW015
STDCW016
STDCW017
Blad: 8.3.9
VERBOD
26-03-2010
BLOCKNAAM ATT.
verboden te roken
STDCV001
STDCV002
STDCV003
geen drinkwater
STDCV004
verboden af te sluiten
STDCV005
STDCV006
STDCV007
STDCV008
STDCV009
STDCV010
verboden toegang
STDCV011
Blad: 8.3.10
26-03-2010
BLOCKNAAM ATT.
nooddouche
STDCR001
nooddouche
STDCR002
oogdouche
STDCR003
oogdouche
STDCR004
noodontgrendeling deur
STDCR028
e.h.b.o. middelen
STDCR006
brancard
STDCR007
brancard
STDCR008
arts
STDCR009
noodtelefoon
STDCR022
evac-chair
STDCR021
Blad: 8.3.11
26-03-2010
BLOCKNAAM ATT.
STDCR023
STDCR024
STDCR025
STDCR026
STDCR013
STDCR014
uitgang / nooduitgang
STDCR027
uitgang / nooduitgang
STDCR030
verzamelplaats (europees)
STDCR020
verzamelplaats
STDCR029
Blad: 8.3.12
GEBOD
26-03-2010
BLOCKNAAM ATT.
oogbescherming dragen
STDCG001
ademhalingsbescherming gebruiken
STDCG002
veiligheidshelm dragen
STDCG003
oorbescherming dragen
STDCG004
veiligheidshandschoenen dragen
STDCG005
veiligheidsschoenen dragen
STDCG006
persluchtmasker dragen
STDCG007
STDCG008
parkeerplaats
STDCG009
Blad: 8.3.13
BRANDBESTRIJDINGSBORDEN (PUBLIEK)
26-03-2010
BLOCKNAAM ATT.
handbrandblusapparaat
STDCP001
brandslanghaspel
STDCP002
handbrandmelder
STDCP003
brandladder
STDCP004
telefoon (brandweer)
STDCP005
richting brandblusmiddelen
STDCP006
richting brandblusmiddelen
STDCP007
blusdeken
STDCP008
Blad: 8.3.14
OVERIGE BORDEN
26-03-2010
BLOCKNAAM ATT.
Locatie afsluiter
01= gas (G), water (W)
Color ByBlock
STDCO001
locatie CV noodschakelaar
STDCO002
STDCO003
STDCO004
STDCO005
STDCO006
bluswaterhydrant
STDCO007
Blad: 8.3.15
CALAMITEITEN BLOCK
26-03-2010
ATT.
BLOCKNAAM
vluchtroute
Tb0-003a
vluchtroute
Tb0-003b
Tn01a
vluchtrichting rechtsaf
Tn02a
vluchtrichting linksaf
Tn03a
Tn04a
Tn05a
verzamelplaats
Tn06a
eerste hulp
Tr01a
brandblusser
Tb01a
handbrandmelder
Tb02a
brandslanghaspel
Tb04a
blusdeken
Tb06a
Blad: 8.3.16
ALGEMEEN
26-03-2010
BLOCKNAAM ATT.
STDCA001 STDCA002
N N
voorbeeld 1:50
STDCA003
voorbeeld 1:100
STDCA004
voorbeeld 1:125
STDCA005
voorbeeld 1:150
STDCA006
voorbeeld 1:175
STDCA007
voorbeeld 1:200
STDCA008
voorbeeld 1:250
STDCA009
voorbeeld 1:300
STDCA010
voorbeeld 1:400
STDCA011
STDCA012
STDCA013
STDCA014
STDCA015
aanwijspunt
STDCA016
Blad: 8.3.17
26-03-2010
Blad: 8.4.0
VEILIGHEID
LAYOUTS ONTRUIMINGSPLATTEGROND
26-03-2010
Voorbeelden layouttekeningen t.b.v. ontruimingsplattegrond. Alle teksten dienen met Tekst name & style: minionUL.ttf worden geplaatst.
297 15 13.5
Ontruimingsplattegrond: Tekst hoogte 10 Verdieping: Tekst hoogte 7
148.5
148.5
ONTRUIMINGSPLATTEGROND
BEGANE GROND
420
Viewport Legenda
LEGENDA
Vluchtrichting Escape route Nooduitgang Emergency exit Verzamelplaats Assembley point Eerste hulp First aid Handbrandmelder Fire-Alarm button Brandslanghaspel Fire-hose Brandblusser Fire-Extinguisher Blusdeken Fire-Blanket
Academiegebouw
Universiteit Leiden
Expertise Centrum Vastgoed - tel: 071 527 3060 01010000N-VBP1.dwg d.d. 02-06-2008
15 15
Nulpunt (Paperspace)
15 15 420 15 13.5
Ontruimingsplattegrond: Tekst hoogte 10 Verdieping: Tekst hoogte 7
210
210
ONTRUIMINGSPLATTEGROND
BEGANE GROND
Legenda
297
LEGENDA
Vluchtrichting Escape route Nooduitgang Emergency exit Verzamelplaats Assembley point Eerste hulp First aid Handbrandmelder Fire-Alarm button Brandslanghaspel Fire-hose Brandblusser Fire-Extinguisher Blusdeken Fire-Blanket
Viewport
Academiegebouw
Universiteit Leiden
Expertise Centrum Vastgoed - tel: 071 527 3060 01010000N-VBP1.dwg d.d. 02-06-2008
15 15
Nulpunt (Paperspace)
15 15
Blad: 8.4.1
VEILIGHEID
REGELING RUIMTENSIGNALERING
26-03-2010
Regeling ruimtensignalering. Afspraken met betrekking tot ruimtesignalering worden voorgeschreven door de afdeling Interne Arbo-dienst Universiteit Leiden Dienst voor Veiligheid en Milieu. Deze voorschriften staan omschreven in het document Regeling Ruimtesignalering. Doel van deze regeling is het beschrijven van het gebruik van ruimtesignaleringsborden voor geclassificeerde ruimten binnen de gebouwen van de Universiteit Leiden. Het document Regeling Ruimtesignalering kunt u opvragen bij de Interne Arbo-dienst Universiteit Leiden Dienst voor Veiligheid en Milieu
Blad: 8.4.2
26-03-2010
9 TERREIN
9-1 9-2 9-3 Tekeningsoort Lagenindeling Blocks
Blad: 9.0.0
Blad: 9.0.0
26-03-2010
9-1 TEKENINGSOORT
Blad: 9.1.0
TERREIN
TEKENINGSOORT CIVIELE INFRASTRUKTUUR (T) LAYOUT NAAM Tekeninglijst Kadastraal Infra Grondvoorz. Opstallen Omheiningen Terreinafw. OMSCHRIJVING Tekeninglijst Kadastraal meting Terrein civiele infrastructuur (algemeen) Grondvoorzieningen Opstallen Omheiningen Terrein afwerkingen -
26-03-2010
TEKENING SOORT A B C D E F G H I J K L M N O P Q R S T U V W X Y Z
Blad: 9.1.1
TERREIN
TEKENINGSOORT LEIDINGLOOP (L) LAYOUT NAAM Tekeninglijst W verwarming W afvoer W water W gas W koude-opwek. W warmte-distr. W luchtbeh. W regeling E aarding E kracht E licht E communicatie E beveiliging E transport E beheers W+E mantelb. OMSCHRIJVING Tekeninglijst W verwarmingsvoorzieningen W afvoervoorzieningen W watervoorzieningen W gasvoorzieningen W koude-opwekkingsvoorzieningen W warmte-distributievoorzieningen W luchtbehandelingsvoorzieningen W regelingsvoorzieningen E elektrotechnische/aardingsvoorzieningen (hoofd/aard) E krachtvoorzieningen E lichtvoorzieningen E communicatievoorzieningen E beveiligingsvoorzieningen E transportvoorzieningen E beheersvoorzieningen W+E mantelbuizen inclusief putten -
26-03-2010
TEKENING SOORT A B C D E F G H I J K L M N O P Q R S T U V W X Y Z
Blad: 9.1.2
TERREIN
TEKENINGSOORT DIVERSE (D) LAYOUT NAAM Tekeninglijst Std-algemeen Std-terreinmeub. Std-bewegwijzering Std-kunstwerken Std-decoraties Bijz-algemeen Bijz-terreinmeub. Bijz-specifiek Bijzverhardingen Ontruimingsplan Bedrijfsnoodplan Aanvalsplan Noodverlichting OMSCHRIJVING
26-03-2010
TEKENING SOORT A B C D E F G H I J K L M N O P Q R S T U V W X Y Z
Tekeninglijst Terreininrichtingen standaard - algemeen Terreininrichtingen standaard - terreinmeubilering Terreininrichtingen standaard - bewegwijzering Terreininrichtingen standaard - kunstwerken Terreininrichtingen standaard - decoraties e.d. Terreininrichtingen bijzonder - algemeen Terreininrichtingen bijzonder - terreinmeubilering Terreininrichtingen bijzonder - specifieke voorzieningen Terreininrichtingen bijzonder bijzondere verhardingen Veiligheid - ontruimingsplan Veiligheid - bedrijfsnoodplan Veiligheid - aanvalsplan Veiligheid - noodverlichting -
Blad: 9.1.3
26-03-2010
9-2 LAGENINDELING
Blad: 9.2.0
TERREIN
26-03-2010
Lagenindeling De lagenindeling is opgezet zodat in AutoCAD getekend moet worden met n van de volgende 3 toepassingen: - Applicatie pakket Nordined. - Applicatie pakket Stabiplan. - Lagenindeling omschreven in deze Afsprakenmap. Als gebruik maakt wordt van de applicatiepakketten Nordined of Stabiplan wordt bij het plaatsen van de symbolen, lijnen, teksten e.d. de lagen automatisch aangemaakt. De gekozen laagbenaming is volgens het CAD-afspraken-stelsel 2.0.
A B CCCC DD _ EEEEEEEEEEEEEEE
Discipline Soort entiteit Codering volgens NL-SfB Onderverdeling Underscore (optioneel) Omschrijving (optioneel)
A B CCCC DD _ EEEEEEEEEEEEEEE
A B CCCC DD _ EEEEEEEEEEEEEEE
Blad: 9.2.1
TERREIN
26-03-2010
Deze codering is gebaseerd op de elementen methode 91 versie januari 1997 van BNA (Bond van Nederlandse Architecten). Indien een code is voorzien van een $ is dit een aanduiding voor snijlijnen, hartlijnen, stramienenen, etc. Onderverdeling A B CCCC DD _ EEEEEEEEEEEEEEE
Deze 2 karakters worden gebruikt om een extra onderverdeling dit omdat niet alle opsplitsingen voor lagenindeling zijn voorzien in de NL-SfB codering. Omschrijving A B CCCC DD _ EEEEEEEEEEEEEEE
Achter de vaste codering van 8 karakters kan een vrij op te geven omschrijving opgegeven worden, de totale laagbenaming mag echter niet meer dan 24 karakters bevatten (inclusief underscore)
Lagen van andere disciplines dan terrein, die ook in de terrein reference-file aanwezig moeten zijn, zoals bijv. brandpreventie (E) etc. kunnen in de lagenindeling van de desbetreffende discipline opgezocht worden.
Blad: 9.2.2
ELEKTROTECHNISCHE INSTALLATIES
26-03-10
LAYOUT NAAM
LAAG CODE
kadastrale meetpunten gebouwen omtrek gebouwen constructieve delen etc. (totaal) toevoegingen i.v.m. hinderwet Grondvoorzieningen Algemeen Verwijderen obstakels Grondwaterverlagingen Drainagevoorzieningen Opstallen Algemeen Gebouwen met speciale funkties Overkappingen Omheiningen Algemeen Muren Hekwerken Overige afscheidingen Toegangen Afwerking Algemeen Verhardingen Beplantingen Waterpartijen Keerwanden/Balustrades Pergolas
B C C C C/D
C/E
C/F
C/G
ALLE OBJECTEN COLOR BYLAYER! LINETYPE VAST EN LINEWEIGHT VAST ER DIENT TEN ALLE TIJDEN EEN SUB-CODE AAN EEN LAAG TOEGEKEND TE WORDEN
Blad: 9.2.3
ELEKTROTECHNISCHE INSTALLATIES
26-03-10
LAYOUT NAAM
LAAG CODE
Werktuigbouwkundig Verwarmingsvoorzieningen Afvoervoorzieningen Watervoorzieningen Gasvoorzieningen Koude-opwekkingsvoorzieningen Warmte-distributievoorzieningen Luchtbehandelingsvoorzieningen Regelingsvoorzieningen Elektrotechnisch Aardingsvoorzieningen Krachtinstallatie Lichtinstallatie Communicatie Beveiliging Transport Beheersvoorzieningen Grondvoorzieningen Algemeen, W+E mantelbuizen incl. Putten
B C D E F G H I
K L M N O P Q
A#9010--_w-e_mantelb
ALLE OBJECTEN COLOR BYLAYER! LINETYPE VAST EN LINEWEIGHT VAST ER DIENT TEN ALLE TIJDEN EEN SUB-CODE AAN EEN LAAG TOEGEKEND TE WORDEN
Blad: 9.2.4
ELEKTROTECHNISCHE INSTALLATIES
26-03-10
LAYOUT NAAM
LAAG CODE
Terreininrichting standaard Algemeen Terreinmeubilering Bewegwijzering Kunstwerken Decoratie e.d. Terreininrichting bijzonder Algemeen Terreinmeubilering Specifieke voorzieningen Bijzondere verharding Terrein veiligheid Ontruimingsplan Bedrijfsnoodplan Aanvalsplan Noodverlichting
B C D E F
G H I J
P Q R S
ALLE OBJECTEN COLOR BYLAYER! LINETYPE VAST EN LINEWEIGHT VAST ER DIENT TEN ALLE TIJDEN EEN SUB-CODE AAN EEN LAAG TOEGEKEND TE WORDEN
Blad: 9.2.5
26-03-2010
9-3 BLOCKS
Blad: 9.3.0
TERREIN
VERKLARING BLOCKNAAM
26-03-2010
Blad: 9.3.1
BLOCKS
26-03-2010
BLOCKNAAM ATT.
Voor de symboliek t.b.v. terreinen maken we gebruik van de symbolen van de overige disciplines zoals bijvoorbeeld bouwkunde, werktuigbouwkundige installaties en elektrotechnische installaties.
Blad: 9.3.2
26-03-2010
10 RUIMTEBEHEER
10-1 StabiCAD / Ruimtedefinities 10-2 Blocks
Blad:10.0.0
Blad:10.0.0
26-03-2010
Blad: 10.1.0
Blad: 10.1.0
RUIMTEBEHEER
ONDERVERDELING LAGENINDELING
26-03-2010
StabiCAD / Ruimtedefenities Voor het tekenen van ruimtelijnen en ruimtenummers wordt gebruikgemaakt van de AutoCAD applicatie Stabiplan. D.m.v. van de module Stabitools/ruimtedef. worden alle type polylijnen geplaatst. Het betreft de verdiepingslijnen, ruimtelijnen, schalmgaten/videlijnen, constructielijnen, lijnen lager dan 1,5m, omsloten ruimtelijnen en ruimtenummers. Alle entiteiten worden getekend in de bouwkundige referentie-file ( _ _ _ _ _ _ 00N-B0R0.dwg) en worden door StabiCAD automatisch in de goede layer geplaatst. De ruimtes worden getekend volgens de Nen2580 (versie 2007) hoofdstuk 4.3 Netto vloeroppervlakte (NVO) Deze ruimtegegevens worden gexporteerd naar Planon waar de ruimtegegevens worden beheerd. Voorbeeld layerindeling en ruimtelijnen
Blad: 10.1.1
26-03-2010
10-2 BLOCKS
Blad: 10.2.0
BLOCKS
26-03-2010
BLOCKNAAM ATT.
Voor de symboliek t.b.v. ruimtebeheer maken we gebruik van de standaard symbolen zoals deze aanwezig zijn in de applicatie StabiCAD
Blad: 10.2.1